Omdat veel agrariërs en bedrijfsadviseurs worden geconfronteerd met fouten op de door RVO geleverde kaarten met sloten en bufferstroken, stelde kamerlid Derk Boswijk (CDA) hierover kamervragen aan minister Piet Adema van LNV.
Niet altijd duidelijk in de BGT
In zijn antwoord legt Adema uit dat de kaart van RVO is gebaseerd op basisinformatie uit de ‘Basisregistratie Grootschalige Topografie’ (BGT). Overheden zijn verplicht om bij het maken van kaarten uit deze bron te putten. De informatie hiervoor wordt door verschillende overheden bijgehouden.
In de BGT is niet altijd duidelijk of het bij een sloot gaat om een watervoerende sloot of een droge sloot. Informatie die wel van invloed is op de breedte van de bufferstrook. Adema noemt de referentielaag bufferstroken daarom ook een indicatie voor de ligging en breedte van de bufferstroken.
Waarom hebben waterschappen andere informatie?
Boswijk vraagt zich af waarom de kaarten van RVO niet overeenkomen met de kaarten die waterschappen gebruiken ten aanzien van sloten. Volgens Adema komt dit doordat de waterschappen naast de BGT ook ander kaartmateriaal gebruiken voor de kenmerken van sloten. De wijze van registratie kan daarbij per waterschap verschillen. Daardoor kunnen afwijkingen ontstaan tussen het kaartmateriaal dat bij de waterschappen beschikbaar is en de kaartlaag Bufferstroken van RVO.
Wijzigingen naar aanleiding van BGT-check
Veel agrariërs hebben verzoeken gedaan tot wijzigingen in de BGT tijdens de BGT-check die grondeigenaren konden doen ten tijde van de overgang naar de BGT in 2022. Deze zijn volgens Adema door RVO gehonoreerd en doorgevoerd. Daarna zijn er echter weer aanpassingen gedaan in het register. Sloten en hun taluds zijn vanaf 2023 vastgelegd als landschapselement.
“Werkelijke situatie leidend bij bufferstroken”
Adema geeft aan dat RVO op dit moment uitgaat van de feitelijke situatie op het land en werkt aan een verbeterplan om de typeringen van sloten en waterlopen goed vast te leggen. Ook is RVO in gesprek met relevante BGT-bronhouders, waaronder de waterschappen, om de basisinformatie van de BGT op orde te krijgen.
Hoe verder met bufferstroken?
Voor de Gecombineerde Opgave 2023 zullen de onvolkomenheden in de kaartlaag. Bufferstroken niet zijn opgelost. Daarom kan de agrariër in de Gecombineerde Opgave op perceelsniveau aangeven dat de ligging of breedte van de bufferstrook niet correct is en aangeven wat de oppervlakte landbouwgrond is die meetelt voor de mestplaatsingsruimte. Dit laatste op basis van de werkelijke situatie op het perceel. Voor de toekenning van de GLB-subsidies geldt ook de werkelijke situatie in het veld. De onvolkomenheden in de kaartlaag Bufferstroken hebben hierop volgens de minister geen effect.
Tekst: Gerben Hofman