Binnen het stelsel van fosfaatrechten is het produceren van melk met hoge gehalten weer erg actueel geworden. De kwaliteit van het ruwvoer is belangrijk voor de productie van eiwit. Kies daarom voor het juiste maaimoment voor het hoogste saldo per kg fosfaat.
In onderstaande tabel ziet u de resultaten van een onderzoek dat eerder door onze stagiaire Bart Grosfeld bij ons is uitgevoerd, maar nu weer uiterst actueel geworden is. In dit onderzoek werd gekeken wat de significante verschillen waren in het basisrantsoen bij 26 bedrijven met een hoge en een lage eiwitproductie. Het verschil in eiwitproductie was maar liefst 48 kg melkeiwit per koe per jaar.
Hoog eiwitproductie | Laag eiwitproductie | |
Aandeel gras in basisrantsoen | 46% | 46% |
Suiker in basisrantsoen | 68 | 49 |
Zetmeel in basisrantsoen | 133 | 154 |
VEM ruwvoer/kg ds | 944 | 910 |
In de tabel ziet u dat de hoeveelheid suiker en de kwaliteit (VEM) van het ruwvoer significant verschillend waren tussen de beide groepen bedrijven. Dit in tegenstelling tot zetmeel dat niet significant verschilde. Blijkbaar is het winnen van graskuil met een goede verteerbaarheid en een hoog suikergehalte belangrijk om veel eiwit te produceren. Een goede verteerbaarheid van het gras is uiteraard een gevolg van de hoeveelheid Engels Raaigras in het grassenbestand, maar niet minder belangrijk is het juiste maaimoment.
Gehalten | % RE | % Suiker | % Celwanden |
Blad | 22-30 | 5-8 | 45-55 |
Pseudostengel | 11-12 | 20-25 | 48-52 |
Bloeistengel | 10-12 | 11-12 | 65-68 |
Gras is het meest complete voedermiddel wat er is en bestaat uit eiwit, suiker en celwanden. Het maaimoment is bepalend voor de voederwaarde en of een koe er veel van kan opnemen. Wanneer uw doel is om veel eiwit te produceren uit een hoge opname van graskuil is dit extra belangrijk.
Bron: ABZ Diervoeding