Melkveebedrijven waarop het Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid (LMM) betrekking heeft, hebben in 2018 gemiddeld een fosfaatoverschot van 15 kg per hectare. In vergelijking met de vijf voorafgaande jaren waarin het fosfaattekort gemiddeld 1 kg per hectare bedroeg, is het overschot fors in 2018 (+15 kg). In de periode 2001-2017 namen de fosfaatoverschotten steeds verder af. In alle regio’s is een stijging van het fosfaatbedrijfsoverschot zichtbaar in 2018, waarbij in de Veenregio het hoogste overschot heeft (17 kg/ha) en in de Löss- en Zandregio het laagste overschot (12 en 13 kg/ha).
Fosfaatoverschot
Het gemiddelde fosfaatbedrijfsoverschot van melkveebedrijven in de Zandregio bedraagt 13 kg per ha in 2018. De spreiding (10-90-procentwaarde) rondom dit gemiddelde is -8 tot +32 kg fosfaat per ha, wat betekent dat 80% van de melkveebedrijven in de Zandregio een overschot heeft tussen beide genoemde waarden. Tegelijk met de daling van het gemiddelde bedrijfsoverschot in de jaren voor 2018 neemt ook de spreiding af. De range waarin 80% van de melkveebedrijven in de Zandregio zich bevond in 1991 was 119 kg (het verschil tussen 19 en 138 kg/ha). Vlak na de eeuwwisseling was die 80%-range inmiddels afgenomen tot ongeveer 60 kg fosfaatoverschot en daarna verder afgenomen tot bijna 40 kg fosfaat. In de Klei- en Veenregio deden zich vergelijkbare ontwikkelingen voor. Enkel in de Lössregio is de 80%-range meestal kleiner.
Aanvoer fosfaatkunstmest
In de periode 2002-2017 is de fosfaataanvoer afgenomen, vooral die in de vorm van kunstmest. In de laatste jaren gebruikten melkveehouders nauwelijks nog fosfaatkunstmest. Dat komt vooral omdat vanaf 2014 het gebruik van fosfaatkunstmest niet meer is toegestaan op bedrijven met derogatie. Echter, niet alle melkveebedrijven maken gebruik van derogatie. Fosfaat wordt op melkveebedrijven vooral aangevoerd via het voer. Daarnaast is er aanvoer van fosfaat via organische mest, dieren en plantaardige producten. De gemiddelde aanvoer op melkveebedrijven bedraagt 76 kg fosfaat per hectare in 2018. Dit is 10 kg per ha meer dan het vijfjarige gemiddelde over de periode 2013-2017.
Melkveebedrijven
De aanvoer van fosfaat in 2018 is het hoogst op melkveebedrijven in de Zandregio (82 kg/ha) en het laagst bij melkveebedrijven in de Lössregio (61 kg/ha). De aanvoer in 2018 ten opzichte van 2017 is gestegen doordat meer fosfaat via voedermiddelen werd aangevoerd. De matige gewasgroei door droge weersomstandigheden in 2018 noopten tot extra aankoop van veevoer en het vervroegd aanspreken van de voervoorraden. Een kleine toename in 2018 is te zien in de aanvoer van organische mest. Deze aanvoerpost kan het gevolg zijn van extra aanvoer van organische mest op het bedrijf maar ook het gevolg van een voorraadafname van hoeveelheid mest aan het einde van 2018 ten opzichte van het jaar ervoor. In 2002 voerden de melkveebedrijven in de Zandregio ook al het meeste fosfaat aan en de bedrijven in de Lössregio het minste. De Lössregio is de enige regio met een toename van de fosfaataanvoer per ha in de periode 2002-2017. Vooral de hoeveelheid fosfaat uit voer werd hoger door de intensivering van de melkveebedrijven sinds 2002. In de andere regio’s steeg de fosfaataanvoer uit veevoer minder fors en werd meer dan gecompenseerd door de daling van fosfaatkunstmest.
Fosfaat afvoer
Melkveebedrijven in de Zandregio hebben naast een hoge aanvoer ook een hoge afvoer van fosfaat. In 2018 was de aanvoer van fosfaat 82 kg/ha en de afvoer 69 kg/ha. Het tegenovergestelde geldt voor de Veenregio, met een fosfaataanvoer van 67 kg/ha en een afvoer van 49 kg/ha in 2018. Bedrijven voeren fosfaat vooral af met de levering van dierlijke producten (zoals melk) en met organische mest. De fosfaatafvoer via melk stijgt door de stijgende melkproductie/ha en de afvoer van organische mest is vooral in de laatste jaren hoger door de verdergaande intensivering en de aanscherping van de fosfaatgebruiksnormen in 2015. In alle grondsoortregio’s vindt zowel aanvoer als afvoer van organische mest plaats. Per saldo weegt de aanvoer, gemiddeld ongeveer 3 kg fosfaat per ha, niet op tegen de afvoer van 8 tot 19 kg fosfaat per ha. Afvoer van fosfaat via dieren is van gering belang op melkveebedrijven. Fosfaatafvoer via plantaardige producten is in alle regio’s van belang, maar fluctueert wel afhankelijk van de gewasgroei in de verschillende jaren. Deze afvoer kan bestaan uit de verkoop van producten of uit producten die aan de voorraad zijn toegevoegd (per saldo een hogere eindvoorraad dan beginvoorraad). De afvoer van fosfaat via plantaardige producten in 2018 blijft in de Zand-, Klei- en Veenregio zo’n 2 tot 5 kg per ha achter in vergelijking met 2017. Doordat de gewasgroei in 2018 achterbleef zijn ruwvoervoorraden geslonken.