Staatssecretaris Van Dam presenteerde vandaag zijn visie op het mestbeleid vanaf 2018. Het gaat om het nieuwe actieprogramma Nitraatrichtlijn voor de periode 2018-2021.
Volgens SGP-Kamerlid Elbert Dijkgraaf een cruciaal actieprogramma: ‘Het spant erom. Naar twee kanten. Veel boeren merken dat ze door de aanscherping van gebruiksnormen hun bodem verschralen. Dat tij moet gekeerd worden. Verder is het van groot belang dat we laten zien dat onze derogatie dik verdiend is en dat we de waterkwaliteit serieus nemen.’
De SGP mist in de kabinetsbrief de noodzakelijke scherpte. Elbert Dijkgraaf: ‘Hoe gaat Van Dam het mestbeleid meer gebiedsgericht maken, zodat alleen de echte problemen aangepakt worden? Hoe gaat hij zorgen voor meer aanvoer van organische stof? Waarom zet hij niet specifiek in op het niet meetellen van fosfaatexport naar fosfaatarme landen voor het fosfaatplafond? Hij zal heel snel met een verdere uitwerking moeten komen om in Brussel niet opnieuw de boot te missen.’
De SGP constateert dat Van Dam in Brussel onnodig een negatief beeld neerzet. Elbert Dijkgraaf: ‘Op lössgronden en hoge zandgronden wordt door het RIVM meer dan 50 mg/L nitraat in het bovenste grondwater gemeten. Er is echter een alternatieve meetmethode die 20% lagere concentraties meet, waardoor de normen wél gehaald worden. Deskundigen geven aan dat beide methoden voldoen aan de Nitraatrichtlijn. De alternatieve methode geeft beter de absolute nitraatconcentratie weer. De staatssecretaris handhaaft de methode van het RIVM waardoor we onnodig normoverschrijdingen aan Brussel moeten melden. De SGP pleit ervoor om de alternatieve meetmethode als uitgangspunt te gebruiken.’
Bron: SGP