De melkveehouders van Koeien & Kansen toetsen, evalueren en verbeteren de effectiviteit en uitvoerbaarheid van wet- en regelgeving. De melkveehouders verkennen ook hoe ze het best kunnen anticiperen op toekomstige opgaven voor de melkveehouderij. Eén zeer lastige opgave is de afbouw van de derogatie. Dat geldt ook voor de melkveehouder Geert Stevens. Door zijn bedrijf te extensiveren heeft hij de afvoer van mest verminderd naar ongeveer 400 ton en is zijn ruwvoerpositie sterk verbeterd. Hij streeft naar een volledig grondgebondenheid voor voer en mest.
Impact van afbouw derogatie is groot
Net als veel melkveehouders heeft ook Geert de impact van de afschaf van de derogatie in beeld aan de hand van de verplichte af te zetten kuubs mest. Deze stijgt naar minimaal 1000 m3 bij de afschaf van derogatie. De vermenigvuldiging met de afvoerprijs is nog lastig, omdat de mestmarkt door de afschaf nog verder zal veranderen.
We hebben dit natte voorjaar al kunnen ervaren wat het effect is van meer aanbod dan vraag. Hoe de afvoer van mest en de aanvoer van kunstmest technisch zal uitwerken in gewasopbrengsten en -kwaliteiten is nog gissen. Dit hangt sterk af van de huidige benutting van meststoffen. Maar dat de huidige voer/mest-balans wordt verstoord, is een gegeven. De financiële impact is groot, waarmee de financiële ruimte voor een verdere verduurzaming verdwijnt, zoals een verdere extensivering.
Op zoek naar oplossingen zonder derogatie
Deze nieuwe realiteit dwingt tot het nadenken over oplossingsrichtingen op bedrijfsniveau. Als deelnemer van Koeien & Kansen kijkt Geert graag vooruit en denkt hij in oplossingen waarvan de financiële impact klein is het de milieuwinst groot.
Op bedrijfsniveau richt Geert zich op de vermindering van de N-input in de veestapel. ’’Wat er niet ingaat komt er ook niet uit,’’ stelt Stevens. Hij pleit voor een lagere excretie via de BEX. Al moet hij hier wel opmerken dat het handelingsperspectief met een RE van 147 beperkt is. Een andere optie is volgens hem in zijn situatie het organiseren van de mestafzet in de regio.
Verhoogde werkingscoëfficiënt dierlijke mest
Op sectorniveau is door het simuleren van de veranderingen in de KringloopWijzer van het bedrijf van 2022 gekeken naar een oplossingsrichting die milieukundig tot vergelijkbare resultaten leidt in vergelijking met geen derogatie. Deze is gevonden in het inrekenen van de dierlijke mest boven de 170 met een werkingscoëfficiënt van 100 procent tot maximaal 230 kg N per ha.
In het mestbeleid wordt gerekend met een werkingscoëfficiënt van 45 procent op bedrijven met beweiding en 60 procent op zonder beweiding op alle toegepaste drijfmest. Gemakshalve noemen we deze afwijking van de standaard maar even werkingscoëfficiënt 100 procent (WC 100%). De ammoniak emissie uit organische mest op grasland en bouwland stijgt hierdoor.
Om deze stijging te compenseren is het RE-gehalte in het rantsoen verlaagd. Wanneer deze met 6 gram daalt, is de ammoniakemissie op bedrijfsniveau gelijk aan de situatie zonder derogatie.
Derogatie | Geen derogatie | WC 100% | |
---|---|---|---|
N-bodemoverschot (kg’s / ha) | 163 | 131 | 131 |
P-bodemoverschot (kg’s/ha) | 15 | -6 | 15 |
Ammoniak (emissie totaal) | 2.323 | 2.100 | 2.100 |
CO2 (g CO2-eq per kg FPCM) | 1.033 | 1.039 | 1.013 |
Aanvoer effectieve organische stof per ha | 6.200 | 5.400 | 6.200 |
N-kunstmest (kg’s total) | 5.500 | 6.600 | 4.100 |
N-afvoer met dierlijke mest (kg’s totaal) | 1.600 | 4.100 | 1.600 |
Let op! Het jaar 2022 was erg droog, waar de gewasopbrengsten erg laag waren, waardoor hogere stikstof- en fosfaatbodemoverschotten.
Brede verduurzaming
De quick-scan van de implementatie van een hogere werkingscoëfficiënt met de KringloopWijzer van 2022 laat een integrale verbetering zien van de duurzaamheid. Risico op nitraatuitspoeling is lager met het lagere N-bodemoverschot, ammoniakemissie gelijk aan geen derogatie en door een lager gebruik aan kunstmest ook een lagere CO2 emissie. We gaan er dan vanuit dat de gewasproductie niet verandert met de verandering van de bemesting. Dit vergt van Stevens een verbetering van het bemestingsmanagement in combinatie met nog meer vlinderbloemige in de grasmat. De aanvoer van meer effectieve organische stof stimuleert in ieder geval het bodemleven, wat ook van belang is voor gewasproductie.
Tevens is de verlaging van het RE in het rantsoen op dit bedrijf een uitdaging. Vorig jaar heeft Geert ervaren dat een te laag gehalte ook melk kost. Om de ammoniak te reduceren kan ook aan een combi van andere maatregelen worden gedacht, zoals nog meer beweiden en drijfmest met water uitrijden. Dit laatste is bij het maximaal benutten van de drijfmest ook een voor de hand liggende maatregel.
Als je rood staat kun je niet groen doen
Zeer belangrijk is de extra financiële ruimte die weer ontstaat voor onder andere de uitdagingen die er zijn op het gebied van de CO2-reductie, want de kosteneffectieve maatregelen zijn daar beperkt. Of de versterking van de grondgebondenheid. Dit laatste is wellicht gewenst wanneer de gewasproductie toch wat zal zakken of vanuit de wens om alle mest te kunnen plaatsen en dus om dubbel grondgebonden te blijven. De financiële ruimte wordt berekend op ruim 20.000 euro.
Op korte termijn zal een alternatief voor de derogatie niet worden gerealiseerd, maar wanneer we het belang er niet van onder de aandacht blijven houden neemt de kans daarop niet toe. Koeien & Kansen is dat aan haar stand verplicht. Geert ziet de waarde van dit alternatief, maar ook de uitdaging die in zijn ogen kleiner is als de afschaf van de derogatie.
Bron: Verantwoorde Veehouderij
Beeld: ter illustratie