Door het natte inkuilseizoen van afgelopen voorjaar kampen veel veehouders met boterzuur in hun ruwvoer. Dit heeft een negatieve invloed op de melkgift van koeien. Hoewel een nattere graskuil met een drogestofgehalte rond de 35 procent op zichzelf geen probleem vormt, is het essentieel om het gras schoon en zuurstofarm te conserveren.
Deze bevindingen worden gedeeld door Hendrik Kornet, eigenaar van Kornet Beton in Balk. Zijn bedrijf levert sleufsilos en geautomatiseerde afdeksystemen aan grotere melkveebedrijven. Met zijn specialisatie in inkuilmanagement en voerkwaliteit komt hij bij veel veehouders over de vloer en ziet hij regelmatig problemen met boterzuur ontstaan.
Belang van schoon inkuilen
Volgens Kornet ontstaat boterzuur vooral door een te hoog gehalte aan ruw as, oftewel vervuiling in de graskuil. Dit gebeurt vaak wanneer gras te nat wordt ingekuild of onvoldoende wordt aangedrukt en afgedekt. “Een vervuilde kuil in combinatie met een slechte conservering leidt tot boterzuurvorming. Dit beïnvloedt de kwaliteit van het ruwvoer en daarmee de melkproductie van koeien nadelig”, aldus Kornet.
Tips om boterzuur te voorkomen
Op basis van zijn waarnemingen bij melkveebedrijven adviseert Kornet veehouders om de volgende maatregelen te nemen:
- Maai het gras niet korter af dan ongeveer centimeter. Dit voorkomt dat te veel grond meekomt.
- Bewerk nat gras zo min mogelijk. Hoe vaker nat gras op een natte ondergrond wordt geschud, hoe meer vervuiling eraan blijft kleven.
- Stel de hark niet te diep in. Liever wat gras op het land laten liggen dan te veel aarde in de kuil krijgen.
- Zorg voor snelle en effectieve conservering. Goed inrijden en direct luchtdicht afdekken voorkomt zuurstofinsluiting en remt de vorming van boterzuur.
“Het gras goed in de kuil krijgen is cruciaal voor een optimale voerkwaliteit,” benadrukt Kornet. Door deze maatregelen in acht te nemen, kunnen veehouders de kwaliteit van hun ruwvoer verbeteren en problemen met boterzuur voorkomen.
Tekst: Gerben Hofman
Beeld: Kornet Beton