Marcel Betten van Loonbedrijf De Samenwerking BV nam de proef op de som: zorgt optimale emissiearme mesttoediening inderdaad voor een hogere maisopbrengst door betere stikstofbenutting? Wat zijn de resultaatsverschillen tussen bemestingsmethoden bij mais? En wat is het effect van gedeelde bijbemesting en scherper of juist ruimer bemesten dan het bemestingsadvies op de gewasopbrengst en de bodemgesteldheid?
Zo’n negentig geïnteresseerde boeren, loonwerkers, machinebouwers en agrarisch adviseurs bekeken dinsdag 4 juli de tussentijdse resultaten en deden relevante kennis op.
Aanleg demovelden op zoek naar bemestingsmethoden voor mais
Nu derogatie niet meer mogelijk is en de overheid de maximale stikstofgift steeds verder terugschroeft, is het nóg belangrijker om stikstofverliezen door ammoniakemissie tijdens bemesting te voorkomen. Hoe kleiner de emissie, des te meer stikstof er voor het gewas beschikbaar blijft.
Loonbedrijf De Samenwerking is één van de demobedrijven in het kader van het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer. Op het demoveld in Elsloo heeft Betten in samenwerking met adviseurs van Delphy namens het programma Bemest op z’n Best, met ondersteuning van het LTO Innovatiefonds, vier verschillende bemestingstechnieken voor bouwland op zandgrond toegepast en is er in wisselende hoeveelheden met drijfmest bijbemest.
Emissiefactor afhankelijk van machine en aanpak
Zo zijn de veertandinjecteur, strokeninjecteur, schijvenegbemester en zodenbemester toegepast, die elk een andere emissiefactor kennen. Respectievelijk 2, 22, 24 en 36 procent. Dus zelfs als de techniek perfect uitvoert wordt, blijft er – afhankelijk van de toegepaste techniek – een emissiefactor over.
Bij slordig werk met verkeerd ingestelde machines, neemt de emissiefactor echter met flinke sprongen toe. Tijdens de demo op 4 juli bekeken de deelnemers in drie rondes de aangelegde velden en demonstreerden de loonwerkers de verschillende bijbemestingstechnieken.
Machinekeuzen en -afstelling
Een goede bijbemesting start met de keuze voor de best passende techniek en vervolgens met een juiste afstelling van die machine. Herman Krebbers van Bemest op z’n Best liet de deelnemers zien welke zaken van belang zijn in de afstelling van de verschillende machines en waar boeren en loonwerkers op kunnen letten in de uitvoering. Denk aan scherpte van en druk op de kouters, uitstroomhoogte van de mestpijpjes, rijsnelheid, overlap van rijstroken of kopakkers, GPS-techniek, sectieafsluiting van mestdosering en het goed afdekken van de mest met grond.
Bemestingsplan bij mais
De volgende stap is de berekening van de juiste hoeveelheid bijbemesting met drijfmest. Niek Vedelaar, teeltadviseur en bemestingsspecialist bij Delphy en betrokken bij Bemest op z’n Best, nam de aanwezigen mee in de berekening met behulp van het adviessysteem Bijmestmonitor als onderdeel van NUTRI-CHECK NET. Op basis van de basisbemesting met kunstmest, de emissiefactor van de toegepaste bemestingstechniek, rekening houdend met de groenbemesting, het stikstofleverend vermogen van de bodem én de gemeten mineralengehaltes in de drijfmest, berekende Niek de benodigde hoeveelheid drijfmest voor een verwachte drogestofopbrengst van 18 ton/ha. Op basis van bodem- en gewasanalyses en plantsapmetingen is de gewenste bijbemesting bepaald. Op het demoveld heeft de Samenwerking met haar schoffel-bijmestcombinatie, daarbij stroken bemest op adviesniveau en stroken op + en – 40 kg stikstof ter vergelijking.
Leerpunten in de praktijk
Marcel Betten toonde tijdens de demo een bijbemestingstechniek en onderzaai met een schoffelzaaimachine en wiedeg en hield een verhaal over de verschillen in onderzaai. Een goede uitvoering van bemesting blijkt in de praktijk nog knap lastig. Het vraagt de nodige kennis en vaardigheden van de loonwerker én de juiste apparatuur. Wat opviel in het veld was dat de basisbemesting met strokeninjecteur als een soort sponsje werkt: in de bodem ontstaat een organische stofreservaat dat vocht vasthoudt, waar de mais gedurende langere periode vocht uit haalt. Een goede techniek voor droge zandgronden zoals in Elsloo dus.
Eind september vervolgdemo over bemestingsmethoden bij mais
Voor opbrengstresultaten en vergelijking tussen de diverse aangelegde stroken is het nu nog te vroeg. Eind september/begin oktober verwachten we dat de mais rijp is voor de oogst en houden we opnieuw een demodag om gezamenlijk het effect te bekijken.
Bron: Verantwoorde Veehouderij