Middels een kamerbrief heeft de Minister voor Rechtsbescherming, Sander Dekker, duidelijk gemaakt dat er geen 'onnodige beperkingen zijn voor de inzet van drones voor controle van maïsvelden'. Dat wil zeggen dat de minister het boeren toestaat hun maïs te controleren.
De discussie ontstond op 13 september 2017 toen er een dertigleden-debat plaatsvond over Limburgse boeren die wietdrones inzetten. Wellicht zou er sprake zijn van een schending van privacy. De handleiding drones en privacy stelt dat burgers of bedrijven alleen drones voor cameratoezicht mogen inzetten, als dat echt nodig is.
Dat kan het geval zijn, als op een bepaald terrein dat eigendom van die burger of dat bedrijf is, regelmatig diefstal plaatsvindt of zaken worden vernield. Dan moet ook duidelijk zijn dat andere, minder ingrijpende maatregelen, zoals het aanbrengen van een hek of verlichting, het uitvoeren van extra surveillances door bewakingspersoneel of het gebruik van bewakingscamera’s op de grond, onvoldoende hebben geholpen. Verder zal de verantwoordelijke duidelijk moeten aangeven dat hij met behulp van drones cameratoezicht uitvoert. Is dat niet kenbaar gemaakt, dan is hij strafbaar.
Inzet van drones leidt niet tot verwerken van persoonsgegevens
Volgens Dekker moet de controle van maïsvelden met behulp van drones op de aanwezigheid van wietplantages in een andere context worden gezien: "De kans dat de inzet van drones in dat geval tot het verwerken van persoonsgegevens leidt, is vrijwel nihil. In dat licht bezien zou het te ver voeren om vooraf een afweging omtrent de proportionaliteit en subsidiariteit van de inzet daarvan te moeten maken. Van belang is wel dat de drones zo worden ingezet dat zij zo min mogelijk beelden van wegen en paden om en door deze velden maken, omdat anders de kans toeneemt dat ook beelden van mensen worden gemaakt.
Verder zou kunnen worden overwogen om een camera te gebruiken die beelden van gezichten kan “blurren” (wazig of onzichtbaar maken). Of dat werkelijk nodig zou zijn, hangt af van verschillende factoren, zoals de stand van de techniek, de uitvoeringskosten en de mate van waarschijnlijkheid dat de camera werkelijk beelden van mensen vastlegt."
Aanpassing regelgeving
Dekker laat weten dat de huidige regelgeving zal worden verduidelijkt en besluit: "Tot slot merk ik nog op dat eventuele beelden van aangetroffen wietplantages uiteraard aan de politie ter beschikking kunnen worden gesteld, die vervolgens tot opsporing van de betrokken criminelen kan overgaan.