Melkveehouder Jan Kuks uit Nutter is op zijn bedrijf actief bezig met het verlagen van ammoniakemissie. “Ons bedrijf staat in een mooie omgeving, met veel natuurgebieden om de boerderij, middenin een ecologische hoofdstructuur."
Een aantal jaar geleden kregen wij te maken met emissiebeperkende maatregelen. In plaats van het probleem te bestrijden probeer ik het op mijn bedrijf te voorkomen.”
Toen in 1998 deelnemers werden gezocht voor het projecten Koeien & Kansen heeft Jan zich direct aangemeld. “Als je het zelf niet doet dan gaan anderen het voor je regelen”, zeg Kuks, “ik zit graag voor in de trein om te zien waar we heen gaan. Zo kan ik af en toe ook zelf aan het stuur trekken. Een aantal jaar geleden heb ik bewust besloten om in dit gebied te blijven boeren. Dit betekende wel dat ik aan de slag moest gaan met het verlagen van mijn ammoniakemissie.”
Ammoniak
“Ammoniakemissie is de gasvormige uitstoot (uit bv een melkveebedrijf) van een anorganische verbinding van stikstof en waterstof (NH3)”, legt Leon Sebek, senior onderzoeker Diervoeding van de Wageningen University & Research uit. “Ammoniak is op twee manieren schadelijk. Het kan zich in de lucht binden aan ozon en vormt dan fijnstof dat schadelijk is voor de gezondheid van mens en dier. Daarnaast kan ammoniak neerslaan uit de lucht (depositie) en voor verzuring en vermesting zorgen.” Voor ammoniak zijn twee verschillende kengetallen om de mate van ammoniak te beoordelen. Emissie per dier wordt aangeduid met NH3/GVE, emissie per eenheid grondoppervlakte wordt aangeduid met NH3/ha.
Efficiënt voeren
“Ammoniak komt vrij vanaf de vloer in de stal, vanuit de mestopslag in of bij de stal en bij het toepassen van mest. Ook komt een kleine hoeveelheid vrij bij beweiding en voeropslag” geeft Sebek aan. Melkveehouder Kuks wil invloed hebben op de mest van de koe. “Wij proberen de koe goed te voeren met de kennis die we hebben. De kunst is om alles op een rijtje te hebben”, volgens Kuks. “Het nitraat dat door gras wordt omgezet in eiwit, probeer ik zoveel mogelijk in de pens van de koe te krijgen. Dan is het restproduct, ammoniak, dat de lucht in gaat minimaal.” Goede kennis van de voedermiddelen is daarbij belangrijk. Regelmatig worden er proefmonsters genomen bij Kuks om een kuilanalyse te maken van de samenstelling en de structuur.
Sebek voegt hieraan toe: “Om ammoniakemissie te verlagen kunnen verschillende maatregelen ondernomen worden. Denk aan voeding, stalmaatregelen en aanwending maatregelen.” (Meer informatie over ammoniak).
Niet alles is te plannen
Toch word je als boer regelmatig geconfronteerd met ‘verrassingen’, zoals de droge zomer van afgelopen jaar. Kuks: ”Ik denk dat we het dit jaar slecht doen, en volgend jaar nog slechter op het gebied van onze ammoniakuitstoot. We hebben deze zomer minder kunnen beweiden wat resulteert in meer mest in de kelder. Ook de mais oogst is slechter dan andere jaren. De droogte ebt nog even door, we moeten zien hoe de graszodes er volgend jaar bijliggen.”
Voor- en nadelen
Het actief bezig zijn met het verlagen van je ammoniakemissie heeft voor- en nadelen. “In eerste instantie is het een kostenbesparende maatregel”, geven Sebek en Kuks aan. Kuks benadrukt dat het hem ook een boel ‘lol’ oplevert. “Natuurlijk is het financieel interessant, maar ik haal er ook een hoop lol uit om ermee bezig te zijn.”
Het nadeel van goed scoren op ammoniakemissie (of een andere indicator) kan zijn dat de resultaten minder zijn op andere milieu indicatoren. Het is belangrijk om de focus breed te houden. Zo gaat Kuks zich de komende periode ook richten op methaanemissie. Door verschillende onderzoeken op zowel stal als individueel koe niveau, wordt de methaanemissie in kaart gebracht. Werken aan integraliteit blijft van belang!