In de afgelopen twee jaar van het beweidingsonderzoek binnen Amazing Grazing zijn met sensoren veel gegevens verzameld over het individuele gedrag van de koe. Deze gegevens zijn mogelijk een goede aanvulling om het graslandgebruik makkelijker te plannen en/of zelfs nog beter te managen. Dit zal het komende weideseizoen op Dairy Campus worden getoetst.
Onderzoek tijdens beweiding 2018
Van de afgelopen twee jaar laten de resultaten zien dat met een veebezetting van 7,5 melkkoe per hectare beweidbaar land 7 tot 7 kilogram droge stof uit vers gras per dier per dag mogelijk is. Dit is mogelijk bij stripgrazen (SG) als bij het roterende standweiden (RSW), maar ook bij het zogenaamde 'kurzrasen' (gras continue kort laten grazen door koeien) zijn goede grasopnames behaald. Op KTC Zegveld zal in 2018 het kurzrasen samen met een systeem van roterend standweiden worden herhaald. In 2018 zal op Dairy Campus het onderzoek aan twee beweidingssystemen gekoppeld blijven. Dit zijn SG en RSW met in beide 7,5 melkkoe per hectare beweidbaar land. Koeien worden bij stripgrazen dagelijks van een verse strip gras voorzien en bij roterend standweiden is er sprake van een 4 tot 5-daagse rotatie. Hierbij weiden de koeien overdag en staan 's nachts op stal en worden dan met snijmais bijgevoerd. Een verandering in grasvoorraad wordt gecompenseerd met een verandering in de hoeveelheid bijvoeding. Alle koeien krijgen 6 kilogram krachtvoer. Dit heet ook wel flat feeding.
Grasopname voorspellen door diergedrag
In 2018 wil men gebruik maken van de gegevens uit de sensoren die het graasgedrag meten. Met deze gegevens wil men gaan onderzoeken of er een goede voorspelling van de individuele dagelijkse grasopname gemaakt kan worden. Als dat lukt wordt er vervolgens met real-time data een voorspelling van de grasopname berekend. Dagelijks zullen de sensoren hiervoor worden uitgelezen en gecombineerd met dierprestaties zoals de melkproductie, beweidingsdata en de hoeveelheid bijvoeding. De grasopnamevoorspelling wordt gecombineerd met andere gegevens. Denk hierbij aan de verwachte grasgroei en de grasvoorraad. Deze laatste twee kunnen bepaald worden met een Farmwalk. In de controlegroep wordt de planning van het graslandgebruik en de hoeveelheid bijvoeding gestuurd op basis van deze elektronisch verkregen informatie. Dit wordt gecombineerd met visuele waarnemingen.
Zo hoog mogelijke grasopname
In het onderzoek zal op het scherpst van de snede worden beweid, hierbij wordt gestuurd op een zo hoog mogelijke grasopname. In de praktijk sturen melkveehouders vaak op melkproductie en houdt men vaak een bepaalde veiligheidsmarge aan. Deze veiligheidsmarge bestaat dan vooral uit extra bijvoeding. Om te kijken wat dit nu exact betekent, wordt een tweede groep koeien nu net zo beweid als de controlegroep. Echter, deze ‘praktijk’groep krijgt naast de hoeveelheid bijvoeding van de controlegroep standaard 2 kilogram droge stof per koe per dag extra.
Combinatie van de bouwstenen
In de afgelopen twee jaar zijn de bouwstenen van Amazing Grazing apart gemeten. In 2018 is het onderzoek er op gericht om de afzonderlijke bouwstenen samen te laten komen. Om deze vervolgens in samenhang te gebruiken voor de planning en management. In dit nieuwsbericht is aangegeven hoe de bouwstenen ‘diergedrag’ en 'grasopname en bijvoeding’ samen komen.
Bron: DairyCampus