Afgelopen weken hebben verschillende melkveehouders de eerste proefvelden ingezaaid voor het project “Koeien en Kruiden” van hogeschool Van Hall Larenstein. Op Dairy Campus heeft het Louis Bolk Instituut drie verschillende kruidenmengsels ingezaaid voor een meerjarige proef. Het project richt zich op het creëren van kruidenrijk grasland voor duurzaam bodembeheer, koegezondheid, biodiversiteit en goede leefgebieden voor weidevogels.
De laatste jaren is de interesse in kruidenrijk grasland zowel vanuit productie als vanuit biodiversiteit oogpunt in de melkveehouderij toegenomen. De kennis omtrent de implementatie en de kosten en baten van kruidenrijk grasland in de melkveehouderij is echter nog beperkt. De agrarische collectieven hebben daarom concreet de vraag gesteld aan hogeschool Van Hall Larenstein (VHL) hoe kruidenrijk grasland aangelegd en beheerd kan worden zodat het optimaal ingepast kan worden in de agrarische bedrijfsvoering. Door ook koegezondheid, rantsoen en het verdienmodel in kaart te brengen, kan de meerwaarde van kruidenrijk grasland voor bedrijf en biodiversiteit in beeld worden gebracht.
Van kuikenlandmengsel tot BG3 mengsel
Op Dairy Campus zijn drie verschillende mengsels ingezaaid. Een kuikenlandmengsel met kruiden die insecten aantrekken en als voedsel dienen voor weidevogelkuikens. Een functioneel mengsel waarin kruiden die goed zijn voor weidevogels gecombineerd worden met klavers en kruiden die mogelijk een positief effect hebben op de koegezondheid. En als laatste een traditioneel BG3 mengsel dat wordt gebruikt als controle. In de proef wordt het effect van bemesting en het maaimoment gemeten op de opbrengst, voederwaarde, bodem, insectenaanbod voor weidevogels maar ook naar het optimale beheer. Denk hier aan bij het toepassen van bemesting, zoals vaste mest, drijfmest of kunstmest en het moment van maaien.
Andere activiteiten binnen het project
Naast de proef op Dairy Campus worden op een zestal melkveebedrijven stroken met kruiden ingezaaid en doorgezaaid. Het doel van deze zogenaamde demo’s is om er achter te komen hoe je het beste kruidenrijk grasland kunt introduceren op het melkveebedrijf.
Daarnaast is een inventarisatie gestart van de insecten op vijf melkveebedrijven die al veel met kruiden werken: de best practice bedrijven. Hier zijn insecten en botanische samenstelling gemonitord op kruidenrijke percelen en percelen zonder kruiden.
Later dit jaar wordt op dezelfde percelen de bodemkwaliteit geïnventariseerd. Door ook koegezondheid, rantsoen en het verdienmodel in kaart te brengen, kan de meerwaarde van kruidenrijk grasland voor bedrijf en biodiversiteit in beeld gebracht worden.
Kennis delen
Om de nieuwe kennis en ervaringen van alle deelnemende ondernemers goed te benutten worden veldbezoeken georganiseerd voor collega melkveehouders. Daarnaast vormen de demo- en de best practice bedrijven een studiegroep voor het uitwisselen van kennis en onderlinge ervaringen. Aan het einde van het project volgt een symposium georganiseerd waar de belangrijkste resultaten uit het project met een breed publiek worden gedeeld.
Bron: Dairy-Campus