In week 4 van 2019 heeft Nederland te maken gekregen met vorst en koude. Deze omstandigheden kunnen ertoe leiden dat de planning voor het tijdig kunnen bemonsteren van landbouwgronden, zoals vanuit de derogatie is voorgeschreven, niet gehaald wordt.
Om te verkomen dat de Nederlandse boer de dupe wordt van deze situatie, gaat Minister Carola Schouten de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet 2019 aanpassen. Het laten bemonsteren en analyseren wordt verplaatst naar 1 maart 2019.
De Uitvoeringsregeling Meststoffenwet schrijft voor dat landbouwgronden eenmaal in de vier jaar vóór 1 februari bemonsterd moeten zijn. De analyseresultaten zijn nodig om een accuraat bemestingsplan op te stellen, ieder jaar op 28 februari moet conform de derogatiebeschikking een bemestingsplan op het bedrijf aanwezig zijn. Deze voorwaarden geven mij enige ruimte om de boeren tegemoet te komen waar de bemonstering en analyse niet tijdig uitgevoerd is.
Weersomstandigheden
Het is van alle tijden dat er vorst is in januari. Bedrijven die landbouwgronden bemonsteren en analyseren zullen in hun planning dan ook rekening moeten houden met de weersomstandigheden die zich kunnen voordoen. Ook zullen zij landbouwers tijdig moeten informeren wanneer zij voorzien dat monsters niet vóór februari genomen kunnen worden, zodat landbouwers in de gelegenheid zijn een ander bedrijf de bemonstering te laten uitvoeren.
Minister Carola Schouten roept landbouwers ook op om scherp te zijn, hun grond op tijd te laten bemonsteren en daarbij ook rekening te houden met de uitrijdperiodes.
Bron; Ministerie van LNV, 29-01-2019