Een vleesbelasting zoals door een aantal politieke partijen wordt voorgesteld, is niet effectief, niet uitvoerbaar en soms zelfs contraproductief. Dat hebben COV (Centrale Organisatie voor de Vleessector), LTO Nederland (land- en tuinbouw), POV (Producenten Organisatie Varkenshouderij), Nepluvi (Nederlandse Pluimvee Industrie) en KNS (Koninklijke Nederlandse Slagers) informateur Mariëtte Hamer laten weten in een brief.
Voorstanders invoeren vleesbelasting
Diverse politieke partijen in de Tweede Kamer, de PvdD, Groen Links, D’66 en de ChristenUnie, zijn voorstander van het invoeren van een vleesbelasting. Die belasting zou moeten leiden tot een beter milieu en beter dierenwelzijn. Uit onderzoek dat adviesbureau EY in opdracht van de minister van LNV deed, blijkt echter dat; de milieu- en dierenwelzijnsdoelen niet gehaald zouden worden met een vleesbelasting. Het tegenovergestelde kan zelfs het geval zijn.
Bovendien zou deze nieuwe, extra belasting heel ingewikkeld worden, moeilijk te handhaven zijn en leiden tot een onnodig zware administratieve lastendruk voor mkb-bedrijven. Daardoor komt het voortbestaan van honderden slagers op de tocht te staan.
Vleesbelasting gebruiken om veestapel te halveren
De genoemde politieke partijen willen de vleesbelasting bovendien gebruiken om de veestapel te halveren. En om meer mensen te laten overstappen naar een vegetarisch of veganistisch dieet. Uit recent onderzoek door bureau 6T (‘Zest’) blijkt; een ruime meerderheid van de maatschappij voor het behoud van de boeren in Nederland te zijn en eet 95% van de Nederlanders gewoon vlees. Blijkens datzelfde onderzoek is er onvoldoende draagvlak voor een vleesbelasting.
Sector verduurzaamt al
Een vleesbelasting voegt niets toe aan de duurzaamheidsverbeteringen die de Nederlandse veehouderij en vleessector al hebben ingezet. Op dit moment is er al extra duurzaam vlees verkrijgbaar. Daarvoor werken veehouders, vleesverwerkers, retail en cateraars samen in concepten zoals Beter Leven en Varken van Morgen. Dit iets duurdere vlees garandeert niet alleen een betere duurzaamheid en beter dierenwelzijn, maar levert de veehouder idealiter ook volledige compensatie’ op, waardoor deze gestimuleerd wordt om nóg duurzamer en welzijnsvriendelijker te gaan produceren.
Meerprijs tegenovergesteld effect
Een vleesbelasting zou een tegenovergesteld effect hebben. Die meerprijs als gevolg van de belasting zou niet naar de boer als beloning gaan voor zijn inspanningen voor een beter dierenwelzijn en een beter milieu, maar naar de overheid. En in de supermarkt zou Nederlands vlees nog meer verdrongen worden door goedkoper vlees dat in het buitenland – vaak met een slechter dierenwelzijn en met meer milieubelasting – geproduceerd is. Een discussie over een vleesbelasting kan daarom alleen in Europees verband gevoerd worden. Op dit moment wordt in Brussel gesproken over Europese belastingmaatregelen voor verduurzaming in het kader van de Farm-to-Fork-strategie. Nederland zou daar niet op vooruit moeten lopen.
De Nederlandse vleesketenpartners onderschrijven het maatschappelijke belang van verdere verduurzaming. Hiervoor zijn in de vleessectoren al verschillende initiatieven in gang gezet; zoals het Actieplan Vitalisering Varkenshouderij en de Uitvoeringsagenda duurzame pluimveesector.
Verdere stappen noodzakelijk voor duurzame toekomst
Voor een duurzame toekomst zijn verdere stappen noodzakelijk. De Nederlandse vleessector ondersteunt daarom de ambities van de Europese Green Deal en de Europese Farm-to-Fork-strategie. Voorzitter Jos Goebbels; “We streven voor de Nederlandse veehouderij en vleessector naar een Europese en wereldwijde koppositie op het gebied van duurzaamheid; zoals we nu ook al hebben op het gebied van voedselveiligheid en dierenwelzijn. Wij willen samen met de minister, de politiek en maatschappelijke partijen verdere stappen zetten in de verduurzaming met middelen die wél werken, in tegenstelling tot een vleesbelasting.”
Bron: COV