Optimalisatie van de veevoeding blijkt in de praktijk één van de meest belangrijke schakels tot succes van een stabiele en duurzame bedrijfsvoering. Denk aan het verminderen van stikstof en fosfaat in mest, ammoniak en broeikasgassen. Ondernemers sturen echter in praktijk sterk op diergezondheid en voerkosten en willen hier goede resultaten in behalen. Logisch dus dat het veehouderijonderwijs niet stil blijft zitten.
Om het veevoedingsonderwijs en toegepast veevoedingsonderzoek naar een hoger niveau te tillen, gaan Mammut Nederland en Aeres Hogeschool Dronten samenwerken op het gebied van verdere optimalisatie van rantsoenen door het mengproces te optimaliseren. Diverse zaken als laadvolgorde van producten en mengtijd blijken in de praktijk nogal eens onderbelicht. Stel er komt een nieuw bijproduct in het rantsoen, vanwege lagere kosten. Wanneer voeg je deze dan toe in de mengwagen? Of maakt dit niet uit? Diverse praktijkvragen die de komende 2 jaar worden onderzocht.
Echter, juist op het terrein van het agrarisch onderwijs vindt een nog grotere vernieuwing plaats. “We zien in de praktijk dat onze studenten al goed zijn in het berekenen van rantsoenen. Nu willen we de studenten ook zelf laten ontdekken wat deze rantsoenen in de praktijk doen” zegt Jan Bloemert, bedrijfsleider Melkvee van Aeres Farms. “Daarom gaan we met partijen uit de mengvoerindustrie en Aeres Farms ook rantsoenen samenstellen, mengen en voeren. Dit kunnen rantsoenen zijn met verschillende doelstellingen. Hoog BEX (bedrijfsspecifieke excretie) voordeel, lage voerkosten, volledig gemengd rantsoen of juist niet, effect van structuur- of watertoevoeging op voerselectie, enzovoort.” “Met deze nieuwe opzet kunnen studenten ook ervaring opdoen met voeropnames van koeien en de bijbehorende melkgift en samenstelling” vult Bonne Wiersma van Mammut Nederland aan. Tevens kan op Aeres Farms de vreet- en herkauwactiviteit nauwkeurig worden bepaald en vervolgens in relatie worden gebracht met het laad- en mengproces.
Bron: Aeres Hogeschool