Het merendeel van de deelnemers aan het project Vruchtbare Kringloop Achterhoek en Liemers voldoet aan de uitspoelingsnorm voor stikstof. Van fosfaatverliezen is op de meeste bedrijven al helemaal geen sprake meer, de fosfaatoverschotten zijn negatief. Dat bleek vorige week toen aan ruim 100 deelnemers en belangstellenden de resultaten van vier jaar VKA werden gepresenteerd.
De cijfers laten zien dat op veel fronten vooruitgang is geboekt. Gerjan Hilhorst van WUR complimenteerde de deelnemers met hun resultaten op het gebied van bedrijf, bodem, water en lucht. De deelnemers boeken hogere gewasopbrengsten bij een lagere bemesting. Een betere benutting van stikstof en fosfaat waardoor ruim de helft van de deelnemers gemiddeld over drie jaar voldoet aan de norm voor het stikstofbodemoverschot. De KringloopWijzer levert het bewijs. En de rest van de bedrijven zit nog maar een kleine eindje boven die norm. Eén ton droge stof gras per hectare erbij, bij gelijke bemesting, en ook zij voldoen eraan. Een goede bodemvruchtbaarheid is hiervoor belangrijk.
Negatief fosfaatoverschot
Bijna 70% van de deelnemers heeft een negatief fosfaatoverschot. Ze onttrekken met een hoge gewasopbrengst meer fosfaat dan ze als meststof beschikbaar hebben. Dit komt enerzijds door verlaging van de fosfaatexcretie en anderzijds doordat bij de verplichte mestafzet, gebaseerd op de stikstofgebruiksnorm, fosfaat het bedrijf verlaat. Dit gaat op termijn ten koste van de bodemvruchtbaarheid. Evenwichtsbemesting is het doel.
Gewasopbrengst en bodemvruchtbaarheid zijn de sleutels
Het verschil tussen de bedrijven die wel en niet aan de uitspoelingsnorm voor stikstof voldoen wordt veroorzaakt door de gewasopbrengst. De bedrijven die aan de norm voldoen produceren gemiddeld 1800 kg droge stof aan gewas per ha meer dan de bedrijven die er niet aan voldoen. 10% meer gewasopbrengst en ook de overschrijders voldoen aan de norm. Uit de resultaten van VKA blijkt verder dat bodemvruchtbarheid een belangrijke verklarende factor is voor de verschillen tussen bedrijven. De 20% bedrijven met de laagste stikstofoverschotten scoren significant beter op bodemvruchtbaarheid dan de gemiddelde deelnemer.
Projectleider Carel de Vries overhandigde LTO Melkveehouderij-voorzitter Wil Meulenbroeks het eerste exemplaar van het handzame boekje met de resultaten. Meulenbroeks complimenteerde de deelnemers en neemt de resultaten mee in zijn gesprekken met de overheden en de politiek.
VKA-studiegroep van het jaar
Tijdens de avond werd ook de studiegroep van het jaar bekend gemaakt. Studiegroep 12 uit de omgeving van Beltrum ging er met de prijs vandoor. De groep scoort wat betreft de resultaten in de Kringloopwijzer duidelijk beter dan het gemiddelde van VKA. Bovendien is er de laatste jaren veel vooruitgang geboekt. Daarnaast is de opkomst in de studiegroep vrijwel altijd 100% en zijn de deelnemers open, nieuwsgierig, en gericht op verbetering en vernieuwing.
VKA
In Vruchtbare Kringloop Achterhoek en Liemers (VKA) werken meer dan 280 melkveehouders aan het verbeteren van de vruchtbaarheid van hun bodem. VKA wil melkveehouders inspireren en faciliteren om efficiënter met de mineralen op hun bedrijf om te gaan.
Bron: LTO Noord