‘Sterke vaarzen melken die op maximaal 23 maanden kalven dat is ons doel’ klinkt het aan de keukentafel bij de familie Odink. Die doelstelling wordt momenteel ruimschoots gehaald. Hard voeren en werken volgens strikte protocollen. Onmisbare ingrediënten om ontwikkelde vaarzen te melken.
Erik (35) en Rina (30) hebben in Orvelte (DR) een melkveebedrijf met 130 melkkoeien en 80 stuks jongvee. Erik en Rina hebben een gezamenlijke maatschap met de ouders van Erik. Per jaar worden er zo’n 35 vaarskalveren opgefokt.
Voor een hoge groei moet alles kloppen
Bij de familie Odink worden goede resultaten niet aan toeval overgelaten. De opfok begint al bij het eerste moment na de geboorte: bij de biest. Om ziekte door de Cryptosporidiumparastiet te voorkomen worden alle éénlingboxen ontsmet met Kenosan en Kenocox nadat het kalf over gaat naar een andere afdeling. In de hele opfok worden veranderingen zoveel mogelijk beperkt en verspreid. Na het speenmoment blijven de kalveren bijvoorbeeld nog 2 à 3 maanden op het stro. Daarna worden zij overgeplaatst naar de roosterstal.
Uitmuntende meetresultaten
Erik en Rina hebben als doel om vaarzen te laten kalven met een maximale leeftijd van 23 maanden. Om dit doel te kunnen realiseren, moet het pink wel voldoende ontwikkeld zijn. Een goede ontwikkeling is belangrijk om probleemloos af te kalven en een hoge melkproductie te realiseren. Om vroegtijdig een indicatie te krijgen hoe de opfok verloopt, laten Erik en Rina de kalveren meten als ze 12 weken oud zijn. De meetresultaten worden geanalyseerd en er wordt een voorlopige afkalfleeftijd voorspelt. Het streven is 100 kg levend gewicht op een leeftijd van 12 weken. De resultaten van de laatste meting waren enorm goed. Op de groeigrafiek, met als normlijn 21 maanden afkalfleeftijd, is te zien dat geen enkel kalf onder deze lijn presteert! Deze resultaten bewijzen dat een consequente opfok tot een lagere afkalfleeftijd kan leiden.
Lees meer over de opfok van de familie Odink in onze laatste nieuwsbrief