Een groot deel van de Nederlandse melkveebedrijven heeft één of meer koeien met antistoffen tegen de neospora-parasiet, een belangrijke veroorzaker van verwerpen bij runderen. Is een dier al voor haar geboorte besmet geraakt met neospora? Dan is de kans dat zij zelf verwerpt twee tot drie keer hoger dan bij gezonde dieren. Een vaccin of medicijn tegen de parasiet is er niet, maar er zijn wel manieren om de besmetting aan te pakken.
Wat is de besmettingsroute van neospora?
Via aankoop van besmet rundvee kun je de besmetting op je bedrijf halen. Verdere besmetting met neospora verloopt meestal van koe op kalf: 80 procent van de nakomelingen van met neospora besmette koeien is ook besmet. Een besmette koe kan de parasiet niet uitscheiden, maar besmet het ongeboren kalf via de placenta. Een besmetting is aan het kalf meestal niet te zien bij de geboorte, maar de kans dat een kalf op latere leeftijd zelf verwerpt is ongeveer 6 tot 9 procent.
Het sluimerende ziektebeeld zorgt ervoor dat het lastig is besmettingen op te sporen. Is op een bedrijf met honderd melkkoeien 10 procent van de dieren besmet, dan aborteert er ongeveer één dier per jaar. Thomas Dijkstra, rundveedierenarts bij Royal GD maakt de vergelijking met een druppelende kraan: “Een enkele druppel lijkt niet ernstig en je merkt het eigenlijk niet heel duidelijk, maar meerdere druppels bij elkaar kunnen wel voor een flinke kostenpost zorgen.”
Neospora via de hond
Ook honden, en dan met name boerderijhonden die ook in de stal komen, kunnen een rol spelen bij de overdracht van neospora. Wanneer een hond bijvoorbeeld eet van de nageboorte van een besmette koe kan hij besmet raken. In de hond kan de parasiet zich gemakkelijk vermeerderen. Na besmetting scheidt de hond via de ontlasting twee tot drie weken lang eitjes van de parasiet uit. Het is daarom belangrijk om te voorkomen dat hondenpoep in het voer of in de buurt van de watervoorziening komt. Neospora-eitjes kunnen tot wel een jaar overleven in de weide. Daarom is het dus ook belangrijk dat de weiden en kuilen vrij blijven van hondenpoep.
Besmetting opsporen met bloed- en tankmelkonderzoek
Via bloed- en tankmelkonderzoek kun je een neosporabesmetting opsporen. “Komen in een bepaalde koefamilie meer verwerpers voor, dan is het raadzaam om bloedonderzoek te laten doen bij deze dieren. Worden er bij een dier dan antistoffen gevonden, dan hoef je die niet af te voeren. Wel is het van belang de kalveren van dit dier niet aan te houden. Want ondanks dat die de andere kalveren niet kunnen besmetten, kunnen zij de besmetting wel weer doorgeven aan hún toekomstige kalveren,” aldus Thomas.
Het is ook mogelijk om neospora op koppelniveau te onderzoeken via tankmelkonderzoek. Als hierbij antistoffen worden aangetoond, is meestal minstens 15 procent van de melkkoeien besmet. Je hoeft dan niet meteen de hele koppel ook individueel te laten onderzoeken op neospora. Dat hangt ook weer af van het aantal verwerpers met antistoffen tegen neospora. Thomas: “Het blijft dus belangrijk om alle verwerpers ook op neospora te laten onderzoeken.”
Bron: GD