Mycoplasma bovis (M. bovis) is wereldwijd in opmars en vraagt om toenemende aandacht en een effectieve aanpak. In Nederland is M. bovis endemisch. De bacterie veroorzaakt ernstige gezondheidsproblemen bij runderen, zoals longontsteking, gewrichtsontstekingen en mastitis. Dit kan leiden tot aanzienlijke economische verliezen, met name in de melkvee- en vleeskalverhouderij.
Uit een prevalentieonderzoek dat GD in 2019-2020 uitvoerde in het kader van de diergezondheidsmonitoring, bleek dat op meer dan twee derde van Nederlandse melkveebedrijven runderen met antistoffen tegen M. bovis aanwezig waren. Het betrof een uitgebreide, random steekproef met een hoge betrouwbaarheid.
Mycoplasma Bovis diagnostiek
Spontaan ingezonden monsters zijn niet random genomen. Ze zijn waarschijnlijk meestal genomen ter controle bij aanvoer van dieren of vanwege klinische problemen. Met die kanttekening erbij geven de resultaten van M. bovis-diagnostiek van de afgelopen vier jaar wel een bevestiging van het beeld dat M. bovis in Nederland op veel melkveebedrijven voorkomt.
In ongeveer twee derde van de ingezonden tankmelkmonsters werden in het afgelopen jaar M. bovis-antistoffen gevonden. In sera in bijna de helft van de monsters.
Alert blijven op symptomen
In de random steekproef van bedrijven was de dierprevalentie vaak laag. Op Nederlandse melkveebedrijven met klinische uitbraken van artritis en/of mastitis worden vaak hoge percentages dieren met antistoffen gevonden. Uitbraken komen ook voor op gesloten bedrijven. Het lijkt erop dat de laaggradige infectie die op de meeste bedrijven in het prevalentieonderzoek is gezien, door omstandigheden plotseling tot een ernstige uitbraak kan leiden.
Beheersing door consequente aanpak
M. bovis is een bacterie zonder celwand en dus intrinsiek resistent tegen antibiotica die aangrijpen op de celwandsynthese (betalactam-antibiotica). Behandeling van uierinfecties en gewrichtsontstekingen door mycoplasma zijn niet tot nauwelijks succesvol. In Nieuw-Zeeland geldt een landelijk eradicatieprogramma, waarbij bedrijven zijn geruimd. Dit is bij de endemische situatie van Nederland geen reële optie. In de praktijk komt beheersing dus aan op voorkómen van nieuwe infecties, met als eerste doel het indammen op bedrijfsniveau tot een beheersbare situatie.
Omdat M. bovis voornamelijk een contactinfectie is en symptoomloze dragers een sleutelrol lijken te spelen, vraagt beheersing een consequente aanpak. Denk aan strikte hygiënemaatregelen, all-in-all-out-maatregelen, het ondersteunen van een goede algemene weerstand, afvoer van uitscheiders in melk, voorscreening van nieuw aan te kopen dieren en regelmatige monitoring van de veestapel.
Sleutelrol voor dierenartsen
De toename van M. bovis vormt een voortdurende uitdaging voor dierenartsen wereldwijd. Door proactief te handelen en veehouders bewust te maken en te helpen consistente maatregelen te nemen, kunt u als dierenarts een sleutelrol spelen in het beheersen van deze hardnekkige bacterie. Voor de detectie van besmette dieren zijn antistoftesten (op tankmelk, serum en individuele melkmonsters), PCR en kweek (op melk, longspoelsels, neusswabs, synovia en swabs van overige dierlijke materialen) beschikbaar.
Bron: GD Diergezondheid