De kern van de maatregelen is om een structurele oplossing te bieden voor de problemen die zijn ontstaan door de afbouw van de derogatie en voorwaarden uit de derogatiebeschikking 2022-2025, waarbij het gebruik van dierlijke mest sterk wordt beperkt.
Derogatievrije zones en mogelijkheden mestverwerking
Op korte termijn implementeert de overheid enkele maatregelen. De derogatievrije zone rondom Natura 2000-gebieden wordt per 1 januari 2025 verkleind van 250 naar 100 meter. Dit betekent dat alleen percelen die voor de helft of meer binnen deze zone liggen, worden uitgesloten van derogatie.
Om de mogelijkheden van de export van mest te verbeteren wordt ingezet op drie sporen: 1) diplomatie/versterken netwerken, 2) stimuleren mestverwerking en vergunningverlening en 3) het aanpassen van de mestverwerkingspercentages. Om er daadwerkelijk voor te zorgen dat minder mest drukt op de Nederlandse mestmarkt en wordt ingezet op stimulering van voldoende mestverwerkingscapaciteit, is de inzet om de huidige mestverwerkingsplicht (waaronder de verhoging van de mestverwerkingspercentages) voor 2025 en 2026 aan te passen.
Aanpassing correctiefactor en verruiming uitrijddatum
Ook past de overheid de stikstofcorrectiefactor voor gasvormige verliezen in de melkveehouderij aan. De huidige stikstofcorrectiefactor van 8,5% wordt verhoogd naar 14% per 1 januari 2025. Verder verruimen zij de uitrijddatum voor dierlijke mest op grasland voor 2024, wat helpt om problemen door een nat voorjaar te verminderen.
Verhoging subsidie behoud grasland
Daarnaast zijn er ook financiële maatregelen getroffen. De subsidie voor behoud van grasland is verhoogd van 20 naar 50 euro per 10 kg stikstof uit dierlijke mest per hectare. De Europese Commissie overweegt een verhoging van de grens van de-minimissteun voor landbouwers, wat mogelijk kan leiden tot een verhoging van de subsidie in 2025 en meer agrariërs kan helpen.
Europese inzet: structurele maatregelen voor de langere termijn
Voor de lange termijn zijn structurele maatregelen noodzakelijk. Nederland zet zich in voor de evaluatie van de Nitraatrichtlijn. De minister streeft naar de afschaffing van de huidige generieke norm van 170 kg stikstof per hectare en pleit voor gewas- en grondsoortgerichte normen. Tevens pleit zij in Brussel voor een nieuwe derogatie vanaf 2026 en herziening van de bestaande derogatie. Hiervoor moet ze in Brussel laten zien dat het aantal dieren in Nederland krimpt. Deze derogatie moet boeren meer ruimte geven om dierlijke mest te gebruiken, mits zij voldoen aan strikte voorwaarden. Bovendien wil de minister dat kunstmest deels vervangen wordt door bewerkte dierlijke mest (Renure), waardoor gewassen deze mest sneller kunnen opnemen en wil ze aanwijzing van Nederland als kwetsbaar gebied herzien.
Nationale inzet: maatregelen en oplossingen voor de lange termijn
Mestproductieplafonds
Op nationaal niveau worden verlaagde mestproductieplafonds ingevoerd, met als doel een vermindering van de mestproductie met ongeveer 10% ten opzichte van 2020. Het vraagt een extra inspanning van alle sectoren om deze doelstellingen te halen.
Afroming rechten
Om aan die opgaves te voldoen, kiest de minister ervoor in alle drie de sectoren af te romen bij de overdracht van productie-/dierrechten:
- voor de fosfaatrechten (melkvee) geldt dat het afromingspercentage zal worden verhoogd naar 30%,
- voor de varkenssector zal een afromingspercentage van 25% worden ingevoerd en
- voor de pluimveesector een afromingspercentage van 15%.
Op korte termijn wordt het wetsvoorstel aangepast en aan de Kamer aangeboden. Wetsvoorstel afroming en advisering | ABAB Legal
(Vrijwillige) brede beëindigingsregeling en voerspoor
Een vrijwillige brede beëindigingsregeling wordt ontwikkeld en zou begin 2026 beschikbaar kunnen zijn. Deze regeling wordt binnenkort bij de Europese Commissie genotificeerd. Ook is er aandacht voor het ‘voerspoor’, waarmee de uitstoot van stikstof kan worden verminderd. De overheid voert gesprekken met de melkveesector over het verlagen van het ruw eiwitgehalte in veevoer. Hiermee wil de minister doelgerichte maatregelen invoeren die boeren aansporen om hun bedrijfsvoering aan te passen zonder dat zij dwingende regels oplegt.
Bron: ABAB