Blauwalgen kunnen zich in voedselrijk en stilstaand water sterk vermenigvuldigen en een groene drijflaag vormen. Hoge temperaturen, weinig wind en droogte zijn daarvoor de ideale omstandigheden. Sommige blauwalg-soorten produceren gifstoffen. Voorkom gezondheidsproblemen bij mens en dier en laat bij twijfel wateronderzoek uitvoeren.
Hoe ontstaat blauwalg?
Blauwalgen behoren tot de ‘normale’ bewoners van zoet water en leven van zonlicht (energie) en in water opgeloste voedingsstoffen (nitraat, fosfaat). Door gunstige omstandigheden (stabiel warm, windstil weer in combinatie met stilstaand, voedselrijk water) kunnen ze zich sterk vermenigvuldigen en een drijflaag vormen. Er zijn soorten die gifstoffen produceren. Bij hoge concentraties blauwalgen zitten er ook veel gifstoffen in het water die bij opname een risico vormen bij mens en dier.
Is er eenmaal een blauwalgsoort die gifstoffen produceert in een bepaald water aangetoond? Dan is de kans groot dat deze een jaar later, onder gunstige omstandigheden, wederom voor problemen gaat zorgen. Hoewel de gifstoffen van blauwalgen voor de grootste problemen zorgen, kan de drijflaag ook tot zuurstofloosheid van het water leiden, met massale vissterfte tot gevolg. De stank die blauwalgen produceren, maakt het water ook minder aantrekkelijk.
Oppervlaktewater als veedrinkwater
Bij gebruik van oppervlaktewater als veedrinkwater is het van groot belang dat het water van goede kwaliteit en smakelijk is. Goed water hoort helder, kleurloos en geurloos te zijn. Twijfelt u aan de kwaliteit van het (oppervlakte-)water waaruit uw dieren drinken? Is er zelfs sprake van (ernstige) gezondheidsproblemen of acute sterfte bij uw dieren? Dan kunt u een watermonster laten onderzoeken op de aanwezigheid van blauwalg.
Lees ook: Risico’s van zomerweer voor de kwaliteit van oppervlaktewater
Bron: GD