Rinze Joustra van Rinagro ziet met zijn bacteriën mogelijkheden voor aanpak van het stikstofprobleem. “Mestkelders zijn doorgaans een omgeving van anaerobe bacteriën. Deze bacteriën leven zonder zuurstof. Vanuit deze situatie ontstaan gassen zoals ammoniak, methaan en zwavelwaterstofverbindingen. Ons consortium van bacteriën doet exact het tegenovergestelde en kan stikstof binden in lichaamseiwitten en op deze manier organisch binden. Zo wordt stikstofverlies via gassen en uitspoeling voorkomen.”
Meer opbrengst door AgriMestMix van Rinagro
Joustra praat uit ervaring. Sinds pakweg 2010 maakt hij met Rinagro naam met AgriMestMix, een vloeistof met speciale bacteriën. Toevoegen van AgriMestMix aan mest zorgt volgens de leverancier voor een verlaging van emissie van onder anderen ammoniak en geur, betere werking in de bodem, een sterkere beworteling en zorgt mede voor een betere groei van de plant.
Meer opbrengst dus, waarbij gebruik van kunstmest kan worden beperkt. Joustra schat in dat zo’n tien a vijftien procent van de Nederlandse melkveehouders het product inmiddels gebruiken. Daarnaast vindt de vloeistof ook gretig aftrek in landen als Duitsland en Denemarken.
Probleem bij de bron aanpakken
“Veehouders zijn enthousiast, ze merken dat het werkt. Wetenschappers hebben weinig kennis van bacteriën, en zoeken het in technische oplossingen. Ik heb twintig jaar geprobeerd om AgriMestMix op de RAV-lijst te krijgen, maar heb mijn pogingen gestaakt. Bij kennisinstituten slaan onze bevindingen kennelijk niet aan. Daar wordt het stikstofprobleem mijns inziens te eenzijdig bekeken. Ze zoeken de oplossing in bijvoorbeeld dichte vloeren. De werking hiervan is onlangs afgeschoten of staat ter discussie. Dit terwijl de werking van ons product wel bevestigd is via een uitgebreide case control-meting en als claim dient voor ons octrooi. Wij pakken het probleem bij de bron aan”, vertelt Joustra.
Rinagro draait het proces om
Die bron is volgens Joustra de leefomgeving in de mestopslag. “Dit is een anaerobe omgeving, waar mest in rot. Hier zitten bacteriën die leven zonder zuurstof. Als deze bacteriën in aanraking komen met lucht, reageren ze door de productie van gassen, waaronder ammoniak en methaan. Dit gebeurt dus bijvoorbeeld als je mixt.”
De ondernemer legt uit hoe AgriMestMix dit proces verandert. “De kunst is om in de mestopslag een omgeving te creëren met onze bacteriën, de zogenaamde aerobe bacteriën. Hierdoor wordt er geen eiwit afgebroken, maar ontstaat er een omgeving met bacterie-eiwitten die in symbiose leven met de plant. Dit doet AgriMestMix”, vertelt Joustra, die het product zelf ontwikkelde.
Gezonde leefomgeving creëren
Joustra waarschuwt dat we met gebruik van drijfmest uit opslagen met een anaerobe leefomgeving nooit uit de huidige stikstofproblematiek komen. “Met deze mest op het land krijg je hetzelfde proces als bij het mixen van de mestopslag. De anaerobe bacteriën komen in aanraking met lucht en produceren daardoor gas. Zo vergassen we de bodem. Als we hiermee doorgaan, maken we de bodem ook anaeroob. En in een anaerobe omgeving gedijen ziekteverwekkers. Dat zien we bijvoorbeeld ook in Denemarken. Daar gaat veel mest de vergister in en komt er als digestaat weer uit. Dit is anaerobe mest. Problemen met salmonella nemen daar hand over hand toe.”
“Mest die behandeld is met AgriMestMix heeft juist weer een positieve invloed op het land en uiteindelijk het vee. In behandelde mest zijn bacteriën actief die stikstof vastleggen in lichaam eiwitten, deze eiwitten worden in de vorm van aminozuren uitgewisseld met de plant en zijn een belangrijke bouwsteen voor eiwit in gras. Zo krijgt het gras een hogere voederwaarde. Met als gevolg: gezonder vee, de productie stijgt, het melkeiwit gaat omhoog en er kan met een lager ureumgehalte melk geproduceerd worden.”
Tekst en beeld: Gerben Hofman