De voermengwagen van Martijn Timmermans uit Ane is nog lang niet versleten. Toch krijgt deze vanaf volgend jaar een stuk minder te doen. In het eerste kwartaal van 2023 maakt op het bedrijf in het Overijsselse Ane namelijk een Lely Vector zijn opwachting. “Op de langere termijn is dit gewoon de voordeligste manier van voeren”, vertelt de melkveehouder.
Het melkveebedrijf dat Martijn Timmermans in een VOF met zijn ouders runt, ligt aan twee kanten van de weg. Rechts ligt het oorspronkelijke bedrijf, waar de ouders van Martijn wonen en het jongvee gehuisvest is. Op het erf staat ook gastenverblijf Terra Nova Vechtdal. Dit is een groepsaccommodatie met twaalf kamers, voor zowel de zakelijke als de particuliere markt.
Terra Nova Vechtdal is ontstaan in 1992, toen er een bedrijfswoning op het erf vrij kwam. In 2016 werd deze woning plus een oude jongveestal op het erf gesloopt en vervangen door een gloednieuw gebouw dat aan alle eisen voldoet. “Het gastenverblijf is een volledige tak naast ons melkveebedrijf. Mijn vrouw en mijn ouders regelen dit allemaal”, vertelt Timmermans.
Aan de andere kant van de weg ligt de locatie die in 2009 in gebruik is genomen. Hier staan de woning waarin Martijn en zijn gezin wonen en de ligboxenstal die nu plaats biedt aan 190 melkkoeien. “In 2009 hadden we er 75, in 2014 hadden we er 140, afgelopen jaargemiddeld 180 en nu al 190”, beschrijft Timmermans in het kort de snelle groei die het bedrijf heeft doorgemaakt.
Met een jaarlijkse melkproductie van een kleine 12.000 kilogram melk per koe levert Timmermans jaarlijks ruim 2,1 miljoen kilogram melk af. Timmermans boert op 78 hectare grond waarvan tachtig procent grasland en twintig procent maisland. De zandgrond met een bovenlaag van rivierklei bevalt de melkveehouder goed. “Het verdroogt niet snel, maar droogt na een natte periode wel snel weer op. Ik ben blij met deze plek.”
Arbeidsplaatje in de toekomst
Voor Timmermans staat het bedrijf er nu zoals hij dat een paar jaar geleden voor ogen had. Maar hij kijkt uiteraard wel verder. Vader Klaas doet op dit moment nog veel op het bedrijf, maar zal het in de toekomst wel eens wat rustiger aan willen doen. “De trekker is zo’n beetje verboden terrein voor mij”, lacht de ondernemer. “Werkzaamheden als maaien, schudden, harken en kunstmest strooien doet mijn vader vooral.” Ook het voeren met de voermengwagen is iets dat dagelijks een paar uur kost. Hiervoor zocht Timmermans een toekomstbestendig alternatief.
Voeren met de Vector
Hij kwam uit bij de Vector, het automatische voersysteem van Lely. “Arbeidsbesparing en arbeidsflexibiliteit waren redenen om over automatisch voeren te gaan nadenken”, vertelt de melkveehouder. “Ik zit bijvoorbeeld ook nog in de gemeenteraad en moet daardoor nog wel eens op pad op tijden dat er gevoerd moet worden. Daarnaast is onze voermengwagen eigenlijk te klein en speelt ook het energievraagstuk mee. Ik wil graag besparen op diesel en de energie die ik met eigen zonnepanelen opwek zo goed mogelijk benutten. We kunnen hier namelijk via zon niet meer stroom terugleveren, omdat het elektriciteitsnet de piek niet aan kan. Windenergie is wel een optie, dat onderzoeken we nog.”.
Gewend aan automatisering
De melkveehouder heeft al de nodige ervaring met automatisering. Bij ingebruikname van de stal in 2009 werd ook meteen overgeschakeld op robotmelken. Het bedrijf begon met twee Lely A3-robots. Met de uitbreiding in 2019 was een derde robot nodig. “Ons idee was toen in eerste instantie om een tweedehands robot erbij te kopen. Maar toen kwam de Lely A5 uit. We konden onze twee A3’s toen gunstig inruilen voor drie A5’s. Deze hebben we in kassa-opstelling laten zetten. Dat maakt het makkelijker om ze na het melken te selecteren”, vertelt Timmermans.
Om het voer regelmatig aan te schuiven, schafte het bedrijf in 2009 de Lely Juno aan. “Anders zouden we elke avond met de trekker naar de overkant van de weg moeten om het voer aan te schuiven. Dat zagen we niet zitten. Het geeft gemak, maar ik ben er ook van overtuigd dat de voeropname beter is door het regelmatige aanschuiven. Als de Juno in beweging komt, staat het voerhek zo vol.” De Lely Discovery zorgt dat de emissie-arme Proflex Meadowfloor geregeld schoon gemaakt wordt.
Calculatie gunstig
De melkveehouder ziet het dan ook helemaal zitten om het voeren volgend jaar door de Lely Vector te laten doen. In de aanloop naar de aanschaf toe liet hij zich uitgebreid voorlichten en ging kijken bij melkveehouders die al een Vector gebruiken. Hij raakte daarbij steeds meer overtuigd van de voordelen van het systeem. “Sommige melkveehouders vertelden me dat ze gekker waren met de voerrobot dan met de melkrobot”, aldus Timmermans. Uiteraard keek Timmermans wel uitgebreid naar de kosten. “Hierbij kan Lely goed ondersteunen. Maar het is belangrijk ook je eigen calculatie te maken”, weet Timmermans.
“Deze calculatie kwam gunstig uit, alleen al qua kostprijs. Ik heb nog niet eens de verwachte meeropbrengsten door een betere voeropname meegerekend. Alleen al als ik kijk naar de post arbeid, is automatisch voeren met een Vector voordeliger dan met de trekker voeren.” De melkveehouder schrijft de voerkeuken af over twintig jaar en de Vector over tien jaar. Via de MIA maakt de ondernemer aanspraak op een investeringsaftrek van 36 procent van het investeringsbedrag en voor de Vamil komt 75 procent van de investering in aanmerking.
Makkelijk veel ingrediënten voeren met de Vector
Uitvalsbasis van de Lely Vector is straks de voerkeuken die achter de stal wordt gebouwd. De melkveehouder verwacht deze twee keer in de week te moeten vullen. Daarbij komen drie grondstofsilo’s en zes dispensers voor mineralen en vetten. Het huidige rantsoen bestaat uit kuilgras, mais, sodagrain, perspulp, mineralen op bedrijfsniveau, bestendige vetten, soja en raapmeel. Via de robot wordt maatbrok verstrekt. “Qua voeren zijn we best wel kruideniers”, vertelt Timmermans. We sturen op voersaldo per koe per dag. We kijken op koeniveau wat er in gaat en wat het oplevert. Onze onafhankelijk voeradviseur Herman van der Woerdt van Nutrivice helpt ons hierin. We streven naar een optimale productie, maar het moet wel gemakkelijk gaan en de gezondheid van de koe staat voorop.”
Er bovenop zitten
Timmermans is niet bang dat hij door de verdergaande automatisering op zijn bedrijf bijzonderheden minder in de stal is en daardoor de koeien minder goed in de gaten kan houden. “Sterker nog, dit soort innovaties helpen mij juist om de koeien nog beter in het zicht te krijgen. Ik heb tijd om echt tussen de koeien te lopen. Daarbij signaleer ik ook veel dankzij de halsbanden met activiteitsmeting voor de tocht- en herkauw- en vreetmonitoring die we tegelijk met de A5-melkrobots hebben aangeschaft. Voorheen zagen we aan de koe zelf of ze tochtig was. Nu zien we dat in het systeem terug. Uieronstekingen heb je bijvoorbeeld ook veel eerder in het vizier, waardoor je sneller kunt ingrijpen. Onlangs zag ik in de app dat een koe ineens veel minder actief was. Het bleek een coli-infectie te zijn. De koe is toen direct behandeld en stond de volgende ochtend weer aan het voerhek.”
Timmermans verwacht dat de Vector in het eerste kwartaal van 2023 in gebruik kan worden genomen. “De vergunning voor de voerkeuken ligt nog ter inzage. Maar ik verwacht dat dit wel goed gaat komen. Dan kunnen we aan de slag. Lely begeleidt ons hierbij. De voerkeuken wordt gebouwd door een aannemer met wie Lely veel samenwerkt. Dus zij weten wat ze aan elkaar hebben.” De ondernemer ziet het voeren met de Vector helemaal zitten. “Ik heb er zin in”, sluit hij af.
Tekst en beeld: Gerben Hofman
Lely contactformulier
Meer weten? Vul uw gegevens in en download de brochure!