Op maiskuilanalyses van Eurofins Agro kunt u dit jaar een nieuw kengetal aantreffen: broeigevoeligheid. Dit kengetal geeft aan of de omstandigheden in de snijmaiskuil wel of niet gunstig zijn voor broei. Voor graskuilen bepaalt het bedrijf de broeigevoeligheid al langer.
Laag tot zeer groot risico
Eurofins Agro bepaalt de broeigevoeligheid van maiskuilen op basis van het drogestof-gehalte, eiwit, zetmeel, pH en zurensamenstelling. Het kengetal kent vier risico-klasses: laag risico, enig risico, groot risico en zeer groot risico. Uiteraard is ‘laag risico’ het streefniveau.
Wat doen bij broeigevoeligheid?
Blijkt uit de kuilanalyse dat een maiskuil risico van broei kent, dan raadt Eurofins Agro veehouders aan de kuil niet te snel te openen. Hoe langer een kuil ligt, hoe hoger het azijnzuurgehalte wordt. Daarmee neemt de gevoeligheid voor broei af. Ook zijn een voersnelheid van 1,5 tot 2 meter per week en een zo glad/recht mogelijk snijvlak belangrijk. “Als je meerdere maiskuilen hebt, dan is het handig om de meest broeigevoelige in de winter te voeren”, geeft Erikjan van Huet Lindeman van de laboratoriumorganisatie ook nog als tip.
Zo kan broei ontstaan
Broei is een ongewenst proces waarbij gisten en schimmels actief worden onder invloed van zuurstof en daarbij waardevolle voedingstoffen afbreken. Broei is vooral herkenbaar aan de warmte die erbij vrijkomt. Er is sprake van broei als er meer dan 10 graden verschil is tussen de temperatuur in de kuil en de buitentemperatuur. Naast suikers en zetmeel breken de gisten ook melkzuur af waardoor de pH stijgt. De toename in temperatuur en pH in de kuil zorgen ervoor dat schimmels zich goed kunnen ontwikkelen.
Gevolgen aan het voerhek
De gevolgen van broei kunnen aanzienlijk zijn. Niet alleen gaat er droge stof verloren, ook de smakelijkheid neemt af, waardoor de opname door het melkvee stagneert. Verder daalt de voederwaarde en is er – door de schimmelvormig – een toename in giftige mycotoxines.
Inkuilmanagement belangrijk
Het voorkomen van broei begint bij goed inkuilmanagement. Het belangrijkste hierbij is een goede verdichting van de kuil, zodat zuurstof zo min mogelijk kans krijgt om de kuil binnen te dringen. Let wel: hoe droger de kuil, des te moeilijker is het verdichten van de kuil. Eurofins Agro adviseert verder te zorgen voor voldoende druk boven het snijvlak om binnendringen van zuurstof te voorkomen. Ook is een schone kuilplaat belangrijk. Gebruik eventueel een conserveringsmiddel/broeiremmer
In 2020 aanzienlijk risico
Data van Eurofins Agro over het maisseizoen 2020 laat zien dat ongeveer 38% van de maiskuilen in de categorie ‘enig risico’ valt (zie figuur). Eenderde van alle maiskuilen had een groot risico op broei.
Tekst: Gerben Hofman