Op Dairy Campus is deze week een nieuw onderzoeksproject gestart met drachtig jongvee dat weidt op percelen met een mengsel van Engels Raaigras en Smalle weegbree. Het onderzoek richt zich op bodemkwaliteit en biodiversiteit, opbrengst en gewaskwaliteit. Tevens verkennen ze het effect op diergezondheid en diergedrag (vooral patronen in graas- en herkauwgedrag). Hiermee willen de onderzoekers een beter beeld krijgen van de positieve bijdrage van productief kruidenrijk grasland.
Engels raaigras met smalle weegbree
Op Dairy Campus zijn twee percelen ingezaaid met een weidemengsel Engels raaigras en twee percelen met hetzelfde weidemengsel Engels Raaigras en daarbij 5 kg smalle weegbree. Op deze 2 x 2 percelen weiden vier groepen drachtig jongvee twee perioden van zes weken in een vorm van roterend standweiden. Metingen worden verricht aan bodem en gewas; als het gaat om boven en ondergrondse biodiversiteit, beworteling en productie van het grasland. Vooral ook de heterogeniteit van de percelen (bossen) en het effect op voorkomen van insecten en effect op persistentie van de smalle weegbree zijn onderdeel van het onderzoek.
Remmend effect op maagdarmwormeieren
Bij de dieren is naast de algemene gezondheid, groei en ontwikkeling, ook specifiek aandacht voor de uitscheiding van maagdarmwormeieren. Smalle weegbree zou hier namelijk een remmend effect op hebben. Verder leggen de sensoren (SensOor van Cowmanager) het gedrag (vreten, herkauwen, inactief, actief, hoog actief) op beide perceelstypen vast, waardoor gedragspatronen zijn vast te stellen. Daarnaast meet de sensor de oortemperatuur en kan het een hittestressmelding geven. Om de sensoren van het drachtig jongvee uit te lezen zijn speciale solarbakens tussen de percelen geplaatst. Het gaat hier dan om jongvee dat 24 uur per dag weidt en niet in de stal komt.
Achtergrond en doelstelling
Er is nog relatief weinig kennis beschikbaar over het effect van weidegang; in combinatie met productief kruidenrijk grasland en op biodiversiteit. Door meer informatie te verzamelen met behulp van sensoren verkent dit project hoe binnen de gangbare melkveehouderij met precisie meer ruimte voor biodiversiteit is te genereren. Het doel van dit (deel) project is nieuwe kennis en tools te ontwikkelen om biodiversiteit en precisiegraslandbeheer te integreren in melkveehouderijbedrijven. De volgende onderzoeksvragen staan daarbij centraal:
- Wat is het effect van beweidingsmanagement op bossen en hoe verhoudt zich dit tot de aanwezigheid van insecten en vogels?
- Inzicht krijgen in: Wat is het effect op de diergezondheid, weerstand en veerkracht van melk- en jongvee?
- Zijn er patronen te ontdekken in het algemeen gedrag van (melk)koeien en het graasgedrag?
- Wat is het effect van (blijvende) aanwezigheid van kruiden op het beweidingsmanagement en op de grasopname?
Bron: Dairy Campus