Aan de hand van de grondwaterstand op 1 april wordt bepaald hoe er dit voorjaar beregend mag worden in Brabant. Vooralsnog zien de prognoses er goed uit. Ook zet ZLTO zich in de loop van het jaar in voor grondwaterberegening in de zones rondom natuurgebieden.
Beregenen is een belangrijk speerpunt voor ZLTO in 2021. Dankzij ZLTO is er in grote delen van Brabant een nieuw ‘flexibel’ beleid voor grondwaterberegening. Het beleid (sinds 2014) houdt in dat beregening vergunningvrij is, niet gequoteerd is en dat er nieuwe beregeningsputten kunnen worden gerealiseerd. Voor grasland komt daar nog bij dat het zogenoemde voorjaarsverbod (in april en mei) en het urenverbod (in juni en juli tussen 11 en 17 uur) ingetrokken is.
Waterbesparende maatregelen
Daar zijn wel enkele voorwaarden voor. Zo moet de agrariër via een bedrijfswaterplan kunnen aantonen dat hij waterbesparende maatregelen treft. Ook mag de grondwaterstand per locatie op 1 april niet lager zijn dan het gemiddelde in de afgelopen 10 jaar. Als de stand wel lager is, komt er voor het betreffende deelgebied alsnog een voorjaarsverbod op grasland.
De grondwaterstand wordt real-time bijgehouden in 112 peilbuizen, die vaak al 25 à 30 jaar worden opgemeten.
Stand van zaken per half maart
Na een relatief droog najaar is er in de afgelopen maanden aardig wat neerslag gevallen. Als gevolg van waterconservering door agrariërs, waterschappen en (soms) natuurorganisaties is veel van dat water in de regio vastgehouden.
Onderstaande afbeelding geeft de huidige grondwaterstand aan.Rood en oranje: grondwaterpeil lager dan normaal – groen: grondwaterpeil normaal – blauw: grondwaterpeil hoger dan normaal. Bron: ZLTO
Het overgrote deel van de peilbuizen is groen of blauw. Dat betekent dat er vooralsnog nergens sprake hoeft te zijn van een beregeningsverbod. Toch is nog veel afhankelijk van de hoeveelheid neerslag die de komende weken zal vallen. Ook de temperatuur is belangrijk, want bij oplopende temperaturen gaat de vegetatie meer water opnemen. Ook hebben we het als agrarische sector zelf in de hand. Als veel grondgebruikers het waterschap gaan bellen om het waterpeil in de sloot te verlagen, voelt het waterschap de druk om daar gevolg aan te geven. Een lager slootpeil heeft nadelige gevolgen voor het grondwaterpeil.
Andere gewassen
In de loop van dit jaar worden de toekomstige beregeningsmogelijkheden voor andere gewassen besproken. De discussies vinden plaats in het Breed Bestuurlijk Grondwateroverleg, onder leiding van gedeputeerde Peter Smit. Daarbij zitten naast ZLTO ook de waterschappen aan tafel evenals Brabant Water, de industrie, de natuurorganisaties en de BMF. Het zal gaan over de grondwaterverdeling in z’n algemeenheid en ook onder extreem droge omstandigheden: de Verdringingsreeks.
De inzet van ZLTO is dat water voor het maken van voedsel en sierteelt onder hoogwaardig gebruik valt. En dat de boer de oplossing van het probleem in handen heeft, door de mogelijkheid van toevoeging van neerslagwater aan het bodem- en watersysteem.
Zones rondom natte natuurgebieden
In de zones rondom Natte Natuurparels en de N2000-gebieden is het starre oude provinciale beregeningsbeleid door de waterschappen niet veranderd in nieuw beleid. Vorige week, in het overleg met het DB van waterschap De Dommel, hebben we al benadrukt dat dit een slechte zaak is. Als het waterschap de grondgebruiker geen handelingsperspectief biedt (bijvoorbeeld door goed water- en bodembeheer te belonen met flexibeler beregeningsmogelijkheden), creëert het waterschap haar eigen weerstand.
Komende week heeft ZLTO bestuurlijk overleg met de gezamenlijke waterschappen. Dan zullen onze bestuurders dit standpunt ongetwijfeld nogmaals aan de orde stellen.
Bron: ZLTO