Om mest te gebruiken op landbouwgrond houdt u zich aan de stikstofgebruiksnorm voor dierlijke mest. U berekent zelf uw gebruiksruimte en hoeveel mest u werkelijk op uw bedrijf heeft gebruikt. In sommige situaties mag u meer dierlijke mest gebruiken.
Hoeveel mag u gebruiken
Aan het begin van elk jaar berekent u hoeveel stikstof uit mest u maximaal mag gebruiken op uw landbouwgrond. Dit noemen we uw stikstofgebruiksruimte dierlijke mest. Deze berekent u zo:
- Aantal hectare landbouwgrond op 15 mei x 170 kg stikstof uit dierlijke mest.
Bereken uw werkelijke gebruik
U past uw bemestingsplan aan op uw gebruiksruimte. Tijdens het jaar controleert u hoeveel mest u werkelijk gebruikt en of u daarmee binnen uw gebruiksruimte blijft. Dit houdt u bij in uw administratie.
Met de regelhulp rekent u gemakkelijk uw gebruiksruimte en werkelijke gebruik uit. Houd er rekening mee dat er geen rechten zijn verbonden aan de gegevens die u uitrekent in deze regelhulp.
Wilt u zien hoe u de berekeningen doet? Of wilt u meer achtergrondinformatie? Download dan onze brochure Hoeveel mest gebruiken. Hoe rekent u dat uit? Deze staat hieronder en gebruikt u ook voor de berekening van de stikstofgebruiksnorm en de fosfaatgebruiksnorm.
Meer dierlijke mest gebruiken
Heeft u een derogatievergunning? Dan mag u meer mest gebruiken. Afhankelijk van de ligging en de grondsoort van uw perceel ligt wordt uw gebruiksnorm 230 of 250 kilogram per hectare. De gebruiksruimte rekent u op dezelfde manier uit.
- Aantal hectare landbouwgrond op 15 mei x 230 of 250 kg stikstof uit dierlijke mest.
De gebruiksnorm voor deze mest wordt verhoogd van 170 kilogram naar 230 kilogram voor landbouwgrond op zand- en lössgrond in Overijssel, Gelderland, Utrecht, Noord-Brabant of Limburg. Voor klei- en veengrond of landbouwgrond in andere delen van Nederland is dit 250 kilogram. Lees hier meer over derogatie.
Bron: RVO