Zoals toegezegd houdt Schouten de Kamer op de hoogte van de ontwikkelingen rondom de onregelmatigheden in I&R. Daarom komt de minister nu met een stand van zaken. Hieronder leest u een samenvatting van de brief van Schouten geschreven door MelkveeActueel
Zoals afgesproken houdt de minister van LNV uw Kamer op de hoogte van de nieuwste onwikkelingen rondom de onregelmatigheden in I&R. Daarom geeft de minister u hierbij een stand van zaken. Allereerst schetst de minister kort het traject zoals dat tot nu toe is doorlopen. In haar brief van 23 januari jongstleden heeft zij uw Kamer voor de eerste keer geïnformeerd over de onregelmatigheden in de registratie van rundvee in het I&R. De aanleiding hiervoor was het ongebruikelijke hoge aantal geregistreerde meerlingen. De minister heeft toen aangegeven dat uit het administratieve onderzoek naar voren is gekomen dat bij ca. 2000 bedrijven het percentage geregistreerde meerlingen boven de 10% lag en bij ca. 5700 bedrijven lag dit tussen de 5 en 10%. Dit terwijl het gebruikelijk is dat gemiddeld genomen 3 tot 5% van de drachten uitmondt in een meerlingdracht. De vermoedens zijn geverifeerd op basis van inspecties waaruit gebleken is dat bij een deel van de bezochte bedrijven de registratie in de I&R niet overeen bleken te komen met de werkelijke situatie.
Het was echter niet mogelijk om alle bedrijven waarbij onregelmatigheden waren geconstateerd fystiek te bezoeken. Daarom hebben nadere administratieve anaylses ('cross checks'), plaatsgevonden door de NVWA en RVO.nl om scherper de omvang van de onregelmatigheden in beeld te brengen en bewijsmaterialen te verzamelen (zie de brieven van 31 januari en 8 februari jongstleden van de minister). Er is hierbij gebruik gemaakt van informatie uit de administraties van derden die de NVWA speciaal voor dit doel heeft gevorderd. Bij het administratieve onderzoek is niet langer alleen maar gekeken naar de percentages meerlingen maar ook naar het voorkomen van vaarzen die ouder zijn dan 27 maanden (gemiddeld kalf een vaars voor deze leeftijd).
Een dier dat als vaars geregistreerd staat maar in werkelijkheid wel melk produceert, geeft immers een financieel voordeel in het kader van Regeling fosfaatreductieplan 2017 – ook als het gaat om slechts een beperkt aantal dieren waardoor het percentage meerlingen op het bedrijf niet bovengemiddeld hoeft te zijn. Voor deze groep dieren zijn de aanvullende gegevens gecheckt op kalfdata en melkproductie. Het ongebruikelijke hoge percentage aan meerlingen was dus de aanleiding om het onderzoek te starten. Vervolgens heeft het onderzoek zich vooral gericht op onjuistheden bij geregistreerde vaarzen. Daarmee is de omvang en samenstelling van de groep bedrijven die in beeld was (de initiële 7700 bedrijven met een bovengemiddeld hoog percentage meerlingen) veranderd.
Op basis van uitgevoerde inspecties in het kader van de naleving van de Regeling Identificatie en Registratie van dieren zijn 86 bedrijven geblokkeerd (waaronder een klein aantal om een andere reden dan het betreffende meerlingen-onderzoek). Daarna zijn op basis van het administratief onderzoek voor een groep bedrijven overtredingen in de I&R-registratie geconstateerd, wat ertoe heeft geleid dat op 8 en 9 februari jongstleden ruim 2100 bedrijven geblokkeerd zijn. Kort daarna is voor 100 bedrijven hiervan, waarbij was gebleken dat er een fout was gemaakt in het onderzoek, de blokkade ingetrokken. Naast de bedrijven die geblokkeerd zijn op basis van fysieke inspecties zijn nog ruim 2000 bedrijven op basis van de administratieve cross checks geblokkeerd (zie de brief van 12 februari jongstleden van de minister). Daarnaast is op 15 februari nog een aanvullende groep van 24 bedrijven geblokkeerd, ook op basis van resultaten van de cross checks. In totaal is daarmee aan ruim 2200 bedrijven een blokkade opgelegd (inclusief de 100 bedrijven waarvan de blokkade is ingetrokken).
Vervolgens heeft de minister de capaciteit bij de NVWA en RVO.nl uitgebreid en geprioriteerd op het beoordelen van herstelmeldingen, zodat bedrijven die hun I&R-registratie op orde hebben gebracht snel gedeblokkeerd konden worden. Op dit moment zijn ca. 1800 bedrijven gedeblokkeerd (inclusief de 100 bedrijven waarvan de blokkade kort na oplegging is ingetrokken). Al deze bedrijven zijn in staat geweest om met het benodigde bewijsmateriaal aan te geven wat de juiste registratie in I&R is. I&R is dan ook in lijn hiermee aangepast, waarna de blokkade voor deze bedrijven (en meerlingkalveren van deze bedrijven bij afnemers) is opgeheven. In haar vorige brief gaf de minister aan dat de inzet erop was gericht om van alle herstelmeldingen die op dat moment waren ontvangen de beoordeling binnen 1,5 week af te ronden. Dit is gelukt. Op dit moment zijn nog ruim 400 bedrijven geblokkeerd. Voor ongeveer 190 van deze bedrijven is de aanvraag wel beoordeeld maar is geconstateerd dat aanvullende informatie of een bezoek ter plaatse noodzakelijk is voordat besloten kan worden of de blokkade (op het bedrijf en/of op de individuele dieren) wordt opgeheven. Overige herstelmeldingen die nu in behandeling zijn, betreffen veelal de ingewikkeldere situaties waardoor de beoordeling meer afstemming vergt en langer duurt. Daarnaast zijn er nog geblokkeerde bedrijven waarvan nog geen herstelmelding ontvangen is.
Naast de herstelmeldingen als gevolg van de blokkades ontvangt RVO.nl ook veel andere herstelmeldingen van bedrijven waar geen blokkade is opgelegd. In totaal zijn in de weken van 5 en 12 februari ruim 650 van deze aanvullende herstelmeldingen op geboorteregistraties ontvangen. Hierbij heeft de houder verzocht om de moeder of de geboortedatum van het kalf aan te passen. Dit is een forse toename ten opzichte van het gebruikelijke aantal van ongeveer 200 herstelverzoeken op dit gegeven per 2 weken (5.000 per jaar). Ik heb er waardering voor dat ook andere ondernemers, waarvan het bedrijf niet is geblokkeerd, zich inzetten om I&R weer in orde te maken. Daarmee wordt het belang van een correct I&R onderschreven. Indien van toepassing zal ook voor deze bedrijven een hercalculatie op de Regeling fosfaatreductieplan plaatsvinden.
Zoals eerder aangegeven hebben bedrijven acht weken de tijd om de geconstateerde onregelmatigheden te herstellen in I&R. Vorige week is de NVWA gestart om bedrijven waarvan nog geen schriftelijke reactie in beeld was te bellen. In totaal zijn ongeveer 250 ondernemers gebeld. Dit telefoongesprek is bedoeld om bedrijven te wijzen op wat zij moeten doen om de onregelmatigheden te herstellen en welke consequenties het heeft wanneer een ondernemer dit niet tijdig doet. Van de ondernemers waarmee is gesproken, geeft een groot deel aan dat zij in afwachting zijn van de resultaten van DNA-analyses. Daarnaast bleek een deel van de veehouders informatie via ongebruikelijke kanalen naar RVO.nl te hebben gezonden waardoor deze nog niet in behandeling was genomen. Inmiddels wordt de ingezonden informatie verzameld en beschikbaar gesteld aan de beoordelaars ter beoordeling van de herstelmeldingen.
In haar vorige brief heeft de minister ook gewezen op de mogelijkheid een ontheffingsaanvraag te doen wanneer het niet kunnen afvoeren van dieren tot dierenwelzijnsproblemen gaat leiden. Tot op heden zijn er in dit kader 33 ontheffingen verleend.
Het beeld van de omvang van de onregelmatigheden en de financiële voordelen die daarmee zijn behaald, is onveranderd ten opzichte van wat de minister in haar vorige brief had geschetst. Wanneer hier nieuwe inzichten in zijn, zal zij uw Kamer daarover informeren. Nu het aantal nog te beoordelen herstelmeldingen beperkter is, wordt de beschikbare capaciteit ook ingezet voor nader onderzoek van de groep bedrijven waar onregelmatigheden in I&R zijn geconstateerd maar waarvoor de eerste administratieve controles geen uitsluitsel geven over de oorzaak hiervan. Fysieke controles vormen een onderdeel van het nader onderzoek.
Carola Schouten Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
In haar vorige brief heeft de minister ook gewezen op de mogelijkheid een ontheffingsaanvraag te doen wanneer het niet kunnen afvoeren van dieren tot dierenwelzijnsproblemen gaat leiden. Tot op heden zijn er in dit kader 33 ontheffingen verleend.
Het beeld van de omvang van de onregelmatigheden en de financiële voordelen die daarmee zijn behaald, is onveranderd ten opzichte van wat de minister in haar vorige brief had geschetst. Wanneer hier nieuwe inzichten in zijn, zal zij uw Kamer daarover informeren. Nu het aantal nog te beoordelen herstelmeldingen beperkter is, wordt de beschikbare capaciteit ook ingezet voor nader onderzoek van de groep bedrijven waar onregelmatigheden in I&R zijn geconstateerd maar waarvoor de eerste administratieve controles geen uitsluitsel geven over de oorzaak hiervan. Fysieke controles vormen een onderdeel van het nader onderzoek.
Carola Schouten Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit