De Zuid-Hollandse grondgebonden landbouw kent veel kansen voor innovatie en structuurversterking en er zijn uitdagingen op het gebied van werkgelegenheid en bedrijfsopvolging. Ruimte bieden aan schaalvergroting, verduurzaming en nieuwe verdienmodellen verdient daarbij de aandacht.
Dit blijkt uit onderzoek van LEI Wageningen UR, uitgevoerd in opdracht van de provincie Zuid-Holland als vervolg op een verkenningsonderzoek van het LEI uit 2010.
Met haar recent vastgestelde Ambitiedocument Innovatie Agenda Duurzame Landbouw stelt de provincie Zuid-Holland 15 miljoen euro beschikbaar voor duurzame innovaties in de grondgebonden landbouw via het POP3 (het Europese plattelandsontwikkelingsprogramma). Ter onderbouwing van dit ambitiedocument heeft LEI Wageningen UR onderzoek gedaan naar de economische positie van de grondgebonden landbouw in de provincie.
Om schaalvergroting mogelijk te maken, zou geïnvesteerd kunnen worden in onder meer kavelruil, de uitgebreide inzet van ICT en precisielandbouw. Deze innovaties dragen ook bij aan verduurzaming van de sector. Voor verduurzaming is het verder van belang om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen, bijvoorbeeld door te investeren in alternatieve energiebronnen. Daarnaast is het belangrijk dat de provincie ondernemers ondersteunt bij het ontwikkelen van nieuwe verdienmodellen voor bijvoorbeeld stadslandbouw en korte ketens.
Korte ketens ondersteunen
Korte ketens worden gekenmerkt door productie en distributie dichtbij huis. Boodschappenkratten met streekproducten voor consumenten zijn een voorbeeld, maar ook restaurants en supermarkten kopen steeds vaker in bij lokale of regionale partijen. Volgens het rapport hebben korte ketens in Zuid-Holland zeker groeipotentie, met name in de regio Rotterdam. De provincie Zuid-Holland kan deze potentie stimuleren door samenwerkingsinitiatieven van producenten in regionale voedselketens te ondersteunen.
Innovaties
Uit het rapport blijkt dat innoverende agrarische bedrijven in Zuid-Holland op bedrijfseconomisch gebied beter scoren dan niet-innoverende bedrijven, met duurzaamheid als bijkomend voordeel. Om een inschatting te kunnen geven van de mogelijke inkomsten die innovaties in de Zuid-Hollandse land- en tuinbouw met zich meebrengen, zijn volgens de onderzoekers meer gegevens nodig.
Werkgelegenheid, bedrijfsopvolging en inkomen
Hoewel de werkgelegenheid op melkvee-, graasdier- en akkerbouwbedrijven in Zuid-Holland nog steeds hoger ligt dan in andere provincies, vertoont de totale werkgelegenheid op grondgebonden bedrijven in Zuid-Holland al sinds 2003 een dalende trend. Ook treedt er sterke vergrijzing op en hebben lang niet alle bedrijven in de grondgebonden sectoren een opvolger: in 2012 was dat slechts een op de vijf.
Daar staat tegenover dat akker- en melkveebedrijven in Zuid-Holland gemiddeld groter zijn dan in de rest van Nederland, wat resulteert in relatief hogere inkomens voor bedrijven en hun werknemers. Ook de structuur van grondgebonden landbouw is in Zuid-Holland relatief beter dan het landelijk gemiddelde.
Bron: LEI Wageningen