Een kwart van de melkveehouders gebruikt bij het inkuilen van mais een kuiltoevoegmiddel. De belangrijkste redenen zijn: de zekerheid van goede conservering, broei voorkomen en de voederwaarde optimaal benutten. Dit blijkt uit een online enquête onder ruim 900 melkveehouders in Nederland.
‘‘De maisoogst is dit jaar veelbelovend qua volume, maar de voederwaarde kan door een lager kolfaandeel iets onder dat van vorig jaar liggen’’, stelt Couzijn Bos, verantwoordelijke voor Ecosyl in West Europa. Om toch zoveel mogelijk melk van een hectare te halen, is behoud van voederwaarde een belangrijke factor. Door melkzuurbacteriën tijdens het inkuilen toe te voegen, daalt de pH snel en blijven VEM en eiwit behouden.
Daarnaast is het voorkomen van broei in maïskuilen een belangrijk speerpunt. ‘‘Zeker nu de grote opbrengsten zorgen voor hoge kuilen. Door de melkzuurbacteriën te combineren met azijnzuurbacteriën kun je de vorming van o.a. blauwe schimmelbollen voorkomen’’, stelt Bos. Dankzij de basis van melkzuurbacteriën conserveert een maïskuil goed, zowel bij hoge als lage drogestofgehaltes en blijft voederwaarde behouden. Bos vervolgt: “Zo kun je verliezen beperken als de omstandigheden bijvoorbeeld dwingen tot vroegtijdige oogst, zoals na de najaarsstorm die percelen door heel Nederland plat legde. We merken dat het bewustzijn onder melkveehouders toe neemt. Op dit moment zijn de kuiltoevoegmiddelen voor mais niet aan te slepen.’’
Top 5 Redenen om een kuiltoevoegmiddel in te zetten*
- (Grotere) Zekerheid van goede conservering (65%)
- Broei voorkomen (59%)
- Voederwaarde optimaal benutten (19%)
- Betere dierprestaties (14%)
- Advies van de ruwvoerspecialist (14%)
Bron: Ecosyl